De boodschap die onder meer gemeenten, provincies, het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) en Vluchtelingenwerk Nederland over de Spreidingswet asielzoekers afgeven aan de Tweede Kamer, is fel en vrijwel identiek. De wet is te complex en dreigt onuitvoerbaar te worden.
Gemeenten en onder meer de Raad van State waarschuwden hier al eerder voor. Alle partijen die donderdag bij de hoorzitting over de wet hun kritiek uitten, roepen de politiek met klem op de wet aan te passen. Alle partijen, waaronder ook het College voor de Rechten van de Mens en de Adviesraad Migratie, hekelen de bonus voor gemeenten die vrijwillig plekken voor asielzoekers aanbieden. Zij noemen die bonus een perverse prikkel die bovendien de solidariteit ondermijnt.
Elke twee jaar wordt op basis van prognoses over de asielinstroom bepaald hoeveel opvangplekken er in heel Nederland nodig zijn, zo staat in de beoogde Spreidingswet. Dat wordt vertaald in een indicatie van de opvangopgave per provincie en een indicatieve verdeling per gemeente.
Ander systeem
Gemeenten en provincies willen liever geen beloningssysteem, maar als de politiek daar toch aan vasthoudt, moet dat anders. Meteen in de eerste ronde moet de definitieve (maximale) opgave per gemeente en per provincie worden vastgesteld. Als er in die vrijwillige ronde onvoldoende plekken worden aangeboden, moeten de resterende benodigde opvangplekken alleen over gemeenten in provincies die achterblijven worden verdeeld. Van tevoren wordt vastgelegd tot wanneer gemeenten vrijwillig opvangplekken kunnen realiseren.
Met dit alternatieve plan neemt volgens gemeenten en provincies de kans toe dat er over minder opvangplekken dwang uitgeoefend moet worden. Ook worden gemeenten niet ‘gestraft met een hogere opgave als ze meer opvangplaatsen aanbieden dan hun opgave of als ze nu voortvarend aan de slag gaan,’ stellen VNG en IPO in hun schriftelijke inbreng voor de hoorzitting.
Complex
Dat de wet complex is, bleek ook uit de vele vragen en verzuchtingen van Tweede Kamerleden tijdens de technische briefing. De Kamerleden worstelen onder meer met de term ‘duurzame’ opvangplek. Dat is in principe een plek voor vijf jaar en voor minstens honderd asielzoekers. Maar mogen die honderd plekken op heel veel kleine locaties worden ingericht? En wat gebeurt er als het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) dat niet ziet zitten?, vroeg onder meer Roelof Bisschop (SGP) zich af. ‘Wie heeft doorzettingsmacht?’ Oftewel: wie hakt uiteindelijk de knoop door?
Bonus
Ook waren er veel vragen over de bonus voor gemeenten. Wanneer krijgen gemeenten precies de hogere bonus van 2500 euro en wanneer de lagere bonus van 1500 euro? En wanneer en hoeveel plekken worden gedwongen opgelegd? Het antwoord daarop – over indicatieve taakstellingen, vrijwillig aangedragen plekken, verminderd met de ijzeren voorraad en het uiteindelijke verdeelbesluit – ging er ook na herhaling niet echt in bij Kamerleden.
Inbreng
Tot 6 juni hebben de Kamerleden de tijd om hun schriftelijke inbreng op het wetsvoorstel in te dienen. Daarna volgt de behandeling in Tweede en Eerste Kamer. De VNG roept gemeenten op hun inbreng te geven voor de consultatie van de lagere regelgeving, oftewel de uitwerking van de Spreidingswet.
Jannie says
Wanneer stoppen we met dweilen met de kraan open?