Wie elektrisch rijdt, maar geen eigen laadpaal heeft, gebruikt publiek toegankelijke laadpunten. De kosten hiervoor schelen flink per gemeente. Uit onderzoek van Independer blijkt bijvoorbeeld dat laden in de gemeente Súdwest-Fryslân ruim 2,5 keer duurder is dan op Ameland.
Het vergelijkingsplatform deed onderzoek op basis van data van platform Eco-Movement. Hieruit blijkt dat het flink kan schelen waar iemand zijn auto oplaadt. Bij de analyse zijn alleen publiek toegankelijke reguliere laadpalen onder de loep genomen, snellaadpunten niet. Er is uitgegaan van een gemiddeld tarief per gemeente, zonder btw en eventuele kortingen.
Duurste en goedkoopste gemeenten
De tarieven per gemeenten schelen flink, zo blijkt. Zo betaal je in de gemeente Súdwest-Fryslân momenteel het meest. Een automobilist betaalt hier 63 cent per kWh. De Zeeuwse gemeenten Sluis en Terneuzen komen op de tweede plaats. Hier betaal je 51 cent per kWh.
De voordeligste gemeente is Ameland. Op dit Waddeneiland kost het opladen van een elektrische auto bij een publiek toegankelijk laadpunt 24 cent per kWh. Andere gemeenten waar het naar verhouding goedkoop is om een auto op te laden zijn Teylingen, Opsterland, Ooststellingwerf, Amsterdam en Den Haag. Hier komen de kosten uit op 27 cent per kWh. Het verschil tussen de duurste en goedkoopste gemeente kan dus oplopen tot 39 cent per kWh. ‘Dat is meer dan een kWh bij het goedkoopste punt kost,’ aldus energie-expert Joris Kerkhof.
Type parkeerplaats
Naast regionale verschillen, speelt ook het type parkeerplaats een rol in de kosten. Volgens Independer blijkt dat je voor een auto in parkeergarages gemiddeld goedkoper uit bent voor het opladen dan op straat. Hier zijn dan wel de parkeerkosten vaak iets hoger.
Bron: Independer
Geef een reactie