De curator van het failliete poppodium Watt sleept de gemeente Rotterdam voor de rechter.
Robert van Moorsel hoopt op die manier de
door schuldeisers geleden schade van circa 2,5 miljoen euro terug te
krijgen, heeft de curator namens de schuldeisers laten
weten.
Watt was de opvolger van het bekende Nighttown aan de
Kruiskade en profileerde zich als eerste duurzame danceclub ter wereld.
Maar sinds de opening in 2008 had Watt moeite om de eindjes aan elkaar
te knopen. De Rekenkamer Rotterdam concludeerde dat de zaak in 2010
failliet ging door aanpassingen die nodig waren vanwege aanhoudende
geluidsoverlast, een grote schuldenlast en een onduidelijke rol van de
gemeente.
Geluidsoverlast
Voormalig wethouder Rik Grashoff sprong namens
Rotterdam in de bres voor het poppodium en onderhandelde met meerdere
partijen om een faillissement af te wenden. Daarin werd volgens Van
Moorsel onder andere onvoorwaardelijke clausule opgenomen, waarin stond
dat de gemeente de financiële continuïteit zou waarborgen. Later zou
Grashoff bovendien hebben toegezegd de problemen met de geluidsoverlast
op te lossen. Op basis daarvan nam Stichting CAR de schulden en
exploitatie van Watt over.
Halverwege 2010 bleek er geen
raadsmeerderheid meer om Watt te redden. Van Moorsel vindt dat Rotterdam
niet het recht had de stekker uit Watt trekken, vanwege de eerder
gemaakte afspraken. De curator verzocht de gemeente eerder vrijwillig
tegemoet te komen aan de schuldeisers, maar dat zou de stad hebben
geweigerd.
Geef een reactie