Er zijn essentiële lessen te leren voor de lokale – en hedendaagse – verzorgingsstaat. “Iedereen moet iets van zijn klassieke plaatsbepaling prijsgeven.”
De zes lessen komen uit het boek Bouwplaats lokale verzorgingsstaat – Wetenschappelijke reflecties op decentralisaties in de sociale zekerheid en zorg, geschreven door bestuurskundige Hans Bosselaar en hoogleraar sociaal zekerheidsrecht Gijsbert Vonk. “Het zijn doelstellingen die het waard zijn om te worden nagestreefd, maar niet eenvoudig te realiseren zijn”, staat in de inleiding.
“Alle betrokken partijen: beleidsmakers, managers, professionals en burgers zullen van deze doelen doordrongen moeten zijn en daarmee iets van zijn klassieke plaatsbepaling prijsgeven.” Wat dit betreft zijn er zes lessen te destilleren uit het boek:
1) De waarde van het proces
Zet kleine stappen, is het advies. Als voorbeeld wordt de Wmo genoemd. “Succesvolle vernieuwingen kwamen tot stand door te starten met kleine experimenten die bij succes langzaam werden uitgerold. Door kleine stappen is het ook mogelijk aan te sluiten bij bestaande werkwijzen.
2) Andere beleidsmakers en managers
Wie werkt vanuit het proces, vraagt een andere rol van managers en professionals. “Na de invoering van de Wmo werden ze onderdeel van de besluitvorming.” Door juist ook de professionals mee te nemen in het proces werden besluiten breed gedragen, is de tweede les van het boek. “Voor managers impliceert het opereren in de lokale verzorgingsstaat een andere rol”, is de conclusie. “Aan hen de taak om het urgentiegevoel en het enthousiasme voor integrale projecten aan te wakkeren.”
3) Dialoog met de burger
Op de bouwplaats van de verzorgingsstaat worden burgers meestal nog als gereedschap gezien; niet als bouwers. En dat werkt niet meer, is het betoog van de auteurs. “Het betrekken van de burger impliceert het aangaan van een dialoog, waarin alternatieve oplossingen bij beleids- en uitvoeringsvragen worden gewogen op basis van argumenten, rekening houdend met de ongelijkheid in bevoegdheid en bureaucratische vaardigheden van burgers.”
4) Dreigende bureaucratische bestuursreflexen
Maatwerk en de regulering door beleidsregels. Hoe vind je het evenwicht? In het boek wordt een pleidooi gehouden voor een ander soort regels. De bedoeling is dat ze beleidsmakers en professionals de ruimte geven om vanuit een kader zelf met oplossingen te komen. Het is dan wel van groot belang dat gemeenteraden zich actiever gaan opstellen. Zij vormen de basis voor de kaders.
5) De kracht van een visie
Orde op de bouwplaats? Iedereen heeft immers zijn eigen belang. Het is niet anders, al die belanghebbenden zullen tevreden moeten zijn met sub-optimale oplossingen. Het advies: een vlucht naar voren. Al die mensen moeten vanuit hun eigen visie met anderen naar een oplossing werken.
6) De uitdaging van het onvoltooide
Het proces komt nooit ten einde, maar dat is niet erg, concludeert het boek. “Het voortdurend zoeken, verankeren, verbeteren en loslaten is de uitdaging van de deelnemer aan het inrichtingsproces van de lokale verzorgingsstaat.”
Uiteraard is dit slechts een samenvatting van de uitdagingen die horen bij decentralisaties. De komende tijd zal Gemeente.nu hier dieper op in gaan.
Geef een reactie