Begrotingsbehandelingen staan voor de deur en zo de evaluatie van de decentralisatie. Reflectie leert dat “als ergens de regieaanpak van belang is dan is het daar wel”.
Stichting De regisserende Gemeente is het afgelopen jaar uiteraard veelvuldig bij het sociaal domein betrokken geweest en wat zijn de lessen van die reflectie.
Waar zit het fout?
Het vernieuwde stelsel ziet er prima uit vanachter een rijksambtenarenbureau. Helaas blijkt bij nader inzien het te gaan over een theoretisch maakbaarheidsmodel. Na intensief praten met de VNG wordt uitgebreid lippendienst verleend aan “maatwerk”. Helaas, het traditionele ‘macht der gewoonte’-systeem waar het handelen van ambtenaren, college en gemeenteraad gericht is op “aanpassen van de samenleving aan de overheid” blijft hoogtij vieren. Zo moeten inwoners participeren zolang ze maar binnen de gehaktbal van het keurslijf passen. Zelfs tussen de “regeltjes” is nauwelijks belangstelling te vinden voor persoonlijke omstandigheden. Nee, onder het mom van “kaders” wordt blinde onderwerping aan formeel-juridische regels geëist.
En toch gaat het goed?
Laten we zeggen dat alle gemeenten hun stinkende best doen. Of het nu gaat om participatie of zorg ligt dit niet aan het stelsel. Dagelijks zien we waar het goed gaat dat komt door de creatieve professionaliteit van keihard werkende ambtenaren. Zo varieert de aanpak tussen gemeenten van “stakker in het duister” tot “pogen zelfbewust regie te voeren”. En hoewel dikwijls succesvol, toch blijft het suboptimaal. Het gevolg geeft schrijnende gevallen van cliënten die tussen wal en schip vallen. En tegelijk blijven in gemeenten financiële overschrijdingen, een onvoorstelbare werkdruk en ophoping van administratieve onzin doorwoekeren.
Waar gaat het fout?
Gemeenten zien het financieel uit de klauw lopen. Als een kip zonder kop worden dan boekhouderslijstjes opgesteld van uren en uit te voeren verrichtingen. Tegelijk staan de aanbieders in rotten van drie voor de poort. Door gebrek aan kennis bij de gemeenten over kwaliteitseisen worden lukraak contracten gesloten met zorgaanbieders. Als gebrek aan beheersing helderder wordt storten gemeenten zich in de armen van advocaten. Een tragisch misverstand waarmee de ramp compleet wordt.
Hoe zorg je dat je in het sociaal domein je vakmanschap en kwaliteiten optimaal kan blijven inzetten voor je cliënten? Wat heb jij hiervoor nodig? En hoe draagt je hier zelf aan bij? Kom naar de Dag van het Sociaal Werk op 8 december. Kijk hier voor het programma en inschrijven >>
Is regisseren de oplossing?
Ja. Maar wel uitsluitend door het consequent doorvoeren van de sturing volgens de regieprincipes “samen maken”, “samen doen” en “uitbesteden”. Nodig om te kunnen sturen op eindresultaten maar dat hebben we nog weinig gezien. Laten we ze nog eens doorlopen. Bij “samen maken” ontwikkelt de gemeente samen met alle betrokken maatschappelijke partners beleidsvisies. Dus ook de cliënten. Vervolgens maken ze met betrokken professionele organisaties uitvoeringsafspraken. Het gaat hier met name om non-profit organisaties. Daarna komt het pas op “uitbesteden” aan bij commerciële partners.
Is dit genoeg?
Nee. De regieteams zullen getraind moeten worden zodat de participatie van de zorgvrager van de grond kan komen. Zoals oorspronkelijk bedoeld wordt dan de cliënt zelf regisseur. De rol van de gemeente is de partner die informatie levert en de cliënt kiest. Tegelijk is kennis rond opdrachtgeven nodig. Daarmee kan de zaak beheerst worden aan de hand van “goed maatregelenplan”, “realistische eisen”, “uitvoeringsperiode”, “marktwerking” en “kwaliteitsprogramma van eisen”.
Wat nu?
De buitenwereld stelt haar eisen. De gemeente moet leveren. Regie in het sociaal domein gaat om “overheidsparticipatie”. Zonder doorvoeren van de genoemde regisserende sturingsprincipes en kennis van bijbehorende werkmethodieken op elk niveau kunnen gemeenten dit voorlopig schudden.
Geef een reactie