Structurele leegstand van kantoren. Stagnerende gebiedsontwikkeling. Krimp. Bij deze kwesties bestaat de kennelijk onbedwingbare neiging om ‘de rijksoverheid’ op te roepen om het probleem op te lossen.
– COLUMN – Friso de Zeeuw
Er moet regie komen (en vaak ook geld). Het woord ‘beleid’ is een beetje uit, vandaar die kreet regie. Het feit dat ruimtelijke ordening niet voorkomt in de naam van het ministerie van Infrastructuur en Milieu was voor de vakwereld een schok. Een recenter voorbeeld is het pleidooi van megamakelaar DTZ-Zadelhoff voor een ‘belangrijke regierol van de rijksoverheid’ om ‘de ruimtelijke ordeningscrisis’ aan te pakken. Die crisis zou onder meer blijken uit de structurele leegstand van kantoren.
Al deze pleidooien vallen op rotsige bodem. Het regeerakkoord decentraliseert ruimtelijke ordening en gebiedsontwikkeling verder naar provincies, gemeenten en marktpartijen. Dat is een bevestiging en versterking van het beleid dat minister Sybilla Dekker in 2003 heeft ingezet. Ik denk dat het een goede, realistische lijn is. Het topdown, maakbare wederopbouw- denken sluit niet aan bij de actuele opgaven.
In het ruimtelijk domein heeft het verleden daarbij uitgewezen dat rijksbeleid alleen succesvol is als het gepaard gaat met een uitgekiende uitvoeringsstrategie en adequate budgetten. De rest bestaat uit papieren tijgers en bureaucratie, die lokale partijen eerder gemakzuchtig maakt dan activeert.
Hoe pakt dit nu in de praktijk uit?
Laten wij de kantorenleegstand nemen. Minister Melanie Schultz heeft acuut de rol van de rijksoverheid in het Actieprogramma Kantorenleegstand – dat in februari in definitieve vorm verschijnt – nog verder teruggebracht tot een faciliterende. Zoals wetsaanpassingen die het ombatterijen van kantoren naar andere functies vereenvoudigen.
Provincies, (samenwerkende) gemeenten, marktpartijen en hun koepels (IVBN, NEPROM) krijgen de hoofdrol in de aanpak toebedeeld: saneringsprogramma oude voorraad; betere afstemming vraag op aanbod en bepaling voorwaarden en locaties waar nog wel nieuwbouw kan.
Aan zet
Ook voor de ruimtelijke planning en de stagnerende gebiedsontwikkeling zal de roep om stevige, algemene rijksregie (en geld) vergeefs zijn. De Praktijkleerstoel Gebiedsontwikkeling TU Delft is momenteel bezig met de samenstelling van een handreiking om gebiedsontwikkeling weer vlot trekken.
Wij menen dat het vooral de partijen ‘te velde’ aan zet zijn. Meer zeggenschap voor eindgebruikers; ereherstel voor economisch gezonde grondexploitaties; minder, globalere en meer flexibele plannen; meer transparantie en vakmanschap bij marktpartijen; aangepaste samenwerkingsmodellen tussen publiek en privaat en duurzaamheid die niet louter fixeert op een nog scherpere energienorm. Dat zijn een paar voorbeelden waar we het tijdens het praktijkcongres op 17 februari over gaan hebben.
Drie taken voor het Rijk
Is er dan geen enkele taak voor de rijksoverheid weggelegd? Zeker wel. Ik noem drie items. Ten eerste: vereenvoudiging en versnelling van het omgevingsrecht. In de tweede plaats: een nieuwe impuls in de altijd durende strijd tegen de verkokering tussen infra, water, wonen en groen, zonder dat er weer nieuwe babbelboxen ontstaan. Het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) en de ‘regionale gebiedsagenda’s’ zijn hiervoor het voertuig. En – ten derde – het verspreiden van nieuwe kennis en kunde op het vakgebied. Wie nieuwsgierig is naar de visie van de Minister van Infrastructuur en Milieu moet de 17de februari zeker naar het congres komen. Zij zal daar voor de eerste maal de inzet van de rijksoverheid op het terrein van gebiedsontwikkeling markeren.
Volg Gemeente.nu op Twitter >>
Frank van Genne says
Helemaal eens met Friso. Men vraagt om regie omdat men wil dat de overheid met geld komt.
Gelukkig zijn we in een fase beland waarin de overheid zich langzaam realiseert dat zij niet alle problemen kan en hoeft op te lossen. Zij moet vooral kwetbare zaken of personen beschermen en zorgen voor rechtsgelijkheid. Dat is hier niet slechts aan de orde waar het de uitgifte van nieuwe terreinen betreft. Daar zou een statiegeldopslag bij nieuwe uitgifte kunnen werken: slechts toestemming voor gebruik nieuwe locaties als oude worden getransformeerd naar groen of daar een ‘statiegeld’ voor wordt betaald. Zo laat je de markt zijn werk doen. En gaan beleggers in kantoren beter nadenken over waarin ze wel of niet investeren en wat voor risicoopslag daar bij past.
Laten mensen die kritisch reageren zoals BDeGrijze en Karin bedenken dat ‘de markt’ wij allemaal zijn. Als klant, werknemer, bedrijf, kortom als economische actoren. Wij reageren allemaal op financiele prikkels. Dat doen gemeenten en met name hun grondbedrijven ook. Dat toepassen is niet iets van een bepaalde groep of mensen die bij een ontwikkelaar werken..
pepijn says
Friso heeft gelijk; laat de markt hun eigen gecre?erde probleem ook maar oplossen. In goede en slechte tijden zeuren marktpartijen bij de overheid; dan weer meer ruimte voor bouwen en de volgende keer is juist krapte de vraag. De marktpartijen moeten weer ondernemen en met creatieve idee?n komen om hun eigen sores op te lossen. En anders gaan ze failliet. Het lullige is alleen dat ze spelen met geld van pensioenfondsen en banken en dat wij dus allemaal pijn gaan lijden als echt problemen optreden. De overheid zal uiteindelijk de cowboy kapitalisten weer moeten redden, zodat zij hun bonussen en leaseauto’s kunnen behouden en de rest mag bezuinigen. Bij de herziening van de woningmarkt waar de NVM om vraagt kunnen we dus misschien ook vraagtekens stellen bij het hele proces van grondaankoop tot nieuwe wijk en oplossingen zoeken die rechtvaardig zijn.
B DeGrijze says
Ja, ja laat het maar aan de markt over. Ik zou dat ook zeggen als ik F. de Zeeuw was. En zeker met zijn achtergrond (zie zijn persoonlijke site). Hierop staat te lezen: ‘Sinds 1 april 1998 ben ik directeur Nieuwe Markten bij Bouwfonds Ontwikkeling, de grootste projectontwikkelaar van Nederland die zich specialiseert in de ontwikkeling van complete woongebieden (gebiedsontwikkeling). De jaarverkoop in Nederland bedroeg in 2010 ca. 4500 nieuwe woningen.’
Ik vrees dat het thema ‘groen’ beperkt is bij gebiedsontwikkeling tot de aanleg van onderhouden stadsparken en gazons zonder enige natuurbeleving. De nieuwe woongebieden – met Blauwe Stad als prachtig voorbeeld – helpen de verrommeling verder in de hand (oude woongebieden worden immers niet afgebroken, ook al is er sprake van krimp) en voor de open ruimtes is het steeds verder fietsen….. . Weet altijd waarom iemand wat zegt of vindt!
Karin says
Het verleden heeft ook uitgewezen dat de balans tussen ‘ontwikkeling’ en ‘gezonde leefomgeving voor mens en dier’ volledig zoek raakt bij het overlaten van ruimtelijke ordening aan lagere overheden. U heeft het over eerherstel van economisch gezonde grondexploitaties, ik kan dat niet rijmen met de ruimte die nodig is voor behoud en herstel van de biodiversiteit, met de behoefte die mensen hebben aan een groene leefomgeving. Ik pleit voor regie op het gebied van de groene infrastructuur; regie in het afmaken van de EHS en regie in het creeren van een groene leefomgeving.
Stef says
Leuk stuk. Ik ben het er wel mee eens dat het in veel gevallen een utopie is om te verwachten dat het Rijk de regie neemt en dan alles goed komt.
Maar hou de regie dan zo nu en dan nog wel bij een hoog genoeg niveau, zoals de provincies. Anders gaat iedere gemeente voor zich, en krijg je weer van die halfgare situaties als van twee bedrijventerreinen naast elkaar die allebeide maar niet vol willen raken.
Verder zie ik ook nog wat haken en ogen aan bijvoorbeeld flexibele plannen – een bestemmingsplan dat flexibel is kan bij de Raad van State i.v.m. rechtszekerheid al gauw in ongenade vallen. Maar probeer vooral eens wat uit.