Op papier waren er vorig jaar maar zes kinderen die onverantwoord lang op jeugdzorg moesten wachten. In de praktijk is het anders, concluderen rekenkamers.
Kinderen kunnen best langer dan negen weken wachten op jeugdzorg, vinden provincies en stadsregio’s. Ten minste, als er geen sprake is van een crisis. Toch blijft het voor alle kinderen de bedoeling ze binnen die tijd te helpen.
Onverantwoord
“De omvang en de ernst van de wachtlijstproblematiek is in de rapportages van de provincies en stadsregio’s te weinig zichtbaar”, schrijven de rekenkamers in het rapport (On)verantwoord wachten op jeugdzorg. “Het is aannemelijk dat het aantal kinderen dat onverantwoord wacht groter is dan gerapporteerd. De politiek wordt hierdoor onvoldoende geïnformeerd over kinderen die lang moeten wachten op de juiste zorg.”
Urgentie moet de maatstaf zijn voor de snelheid van handelen. Dit voor alle gevallen. Verder moet van alle kinderen op de wachtlijst een rapportage zijn. Het rapport zou leerpunten bevatten voor de provincies en stadsregio’s en een les kunnen zijn voor gemeenten. Immers, “in het bestuurskoord is vastgelegd dat de provinciale jeugdzorg in de periode 2014-2016 wordt overgeheveld naar de gemeenten.”
Reactie provincies
Gedeputeerde Marc Witteman uit Flevoland spreekt ook namens de stadsregio’s Amsterdam, Rotterdam en Haaglanden als hij zegt dat het onderzoek eigenlijk in de prullenbak mag verdwijnen. “Wij komen helaas tot de vaststelling dat de wijze waarop u tot conclusies komt over de kwaliteit van deze specifieke rapportages, onzorgvuldig en ondeugdelijk is. Zeer relevante feiten worden door u niet of onvoldoende in de analyse en de gevolgtrekkingen daaruit betrokken en uitgegaan wordt van onjuiste aannames.”
Witteman wijst op afspraken met het Rijk. “Provincies kunnen zich niet aan de indruk onttrekken dat de conclusies en aanbevelingen eerder voortkomen uit de opvatting van de Rekenkamer dat de gemaakte prestatieafspraken onvoldoende zijn om alle wachtlijstproblematiek te voorkomen, dan dat zij betrekking hebben op de kwaliteit van de provinciale rapportages over de feitelijke prestatieafspraken zoals deze zijn gemaakt.”
Congres:
De race naar gemeentelijke jeugdzorg >> |
---|
Philip Winkelhorst says
BJZ weet helemaal niet wat de “Rechten van het Kind” inhoudt. Zij weten ook niet dat deze voor de wet bindend zijn! (art.93 GW) Ook beleidskader van de regering hebben ze geen boodschap aan. Hierin staat iets over scheiding en omgang, maar BJZ weigerd Vaders en kinderen daarmee te helpen. Ook heb ik de indruk dat BJZ opzettelijk vaders niet erkent als ouder van een kind. Ook schenden ze daarmee de wet op de Jeugdzorg waar in duidelijk ouderS staat omschreven. BJZ lijkt een discriminerende organisatie te hebben die aanzet en leiding geeft in discrimineren van kinderen en vaders. Hier moet onmiddelijk een eind aankomen. Vaders eissen uitvoering beleidskader 2009-2012: Omgang en scheiding!