Mensen die bijstand aanvragen, moeten de Nederlandse taal kunnen spreken. Ook werklozen in boerka worden geweigerd.
Dat stelt staatssecretaris Jetta Klijnsma, die wettelijk wil vastleggen dat Nederlanders, inwoners van de EU en migranten van buiten Europa de taal moeten spreken als ze bij de gemeente om een uitkering vragen. Wie de taal niet kent, moet een cursus volgen. Zo niet, dan ook (tijdelijk) geen uitkering.
Morgen buigt de ministerraad zich over het voorstel van Klijnsma. De bedoeling is dat de nieuwe eisen de kans op werk vergroten en de integratie bevorderen. Ook kledingkeuzen, zoals het dragen van een boerka, en een gebrek aan persoonlijke verzorging worden redenen om nog eens goed naar de bijstandsaanvraag te kijken.
Een en ander is deel van een wet waarin ook de verplichte tegenprestatie is opgenomen.
Geef een reactie