De ombudsman gaat onderzoeken wat demonstranten in redelijkheid van burgemeesters en politie mogen verwachten als het gaat om hun recht op demonstratie. Met name de spanning tussen openbare orde en veiligheid en het recht op demonstratie, voor de lokale overheden een voortdurend balanceren, komt nadrukkelijk aan de orde.
Voor het onderzoek gaat de ombudsman in gesprek met burgers, burgemeesters, politie en maatschappelijke organisaties. De uitkomsten van het onderzoek verschijnen naar verwachting begin 2018 en moet een praktische handreiking voor overheid en burgers opleveren.
Afweging belangen
Ombudsman Reinier van Zutphen: “Burgemeesters en politie lopen bij demonstraties vooraf, tijdens en achteraf tegen complexe dilemma’s aan en moeten zien te balanceren tussen recht doen aan het belang van openbare orde en veiligheid en het recht om te demonstreren. Op basis van dit onderzoek wil ik uitgangspunten voor bestuurders formuleren bij het toepassen van de Wet Openbare Manifestaties waarbij recht wordt gedaan aan de afweging van de verschillende belangen”.
Het recht om te demonsteren is verankerd in art 11 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en artikel 9 van de Grondwet. Inbreuk daarop mag alleen onder bepaalde voorwaarden. De burgemeester mag op grond van de Wet Openbare Manifestaties of de Gemeentewet de demonstratievrijheid beperken wanneer dat noodzakelijk is vanwege de bescherming van de gezondheid, het belang van het verkeer of de bestrijding of voorkoming van wanordelijkheden. Met name dit laatste punt levert in de praktijk dilemma’s op.
Geef een reactie