Het ziet ernaar uit dat het op 1 januari 2021 dan echt gaat gebeuren. De nieuwe Omgevingswet treedt dan in werking. Doel is het verbeteren van de fysieke leefomgeving door snellere en betere besluitvorming, een meer integrale aanpak, meer inzicht bij betrokkenen en lokaal meer afwegingsruimte. Prachtig.
Wat betekent dit voor gemeenten?
Er moet natuurlijk nogal wat veranderen. Besluitvorming gaat op een andere manier plaatsvinden. Dat vereist interne aanpassingen, zowel in procedures als in organisatie. En vanzelfsprekend een enorme stapel werk voor de juristen. Die moeten alles goed doorlichten en dichttimmeren. In gesprekken met ambtenaren merk ik dat in veel gemeenten die stappen op dit moment worden gezet. Een van hen zei letterlijk: ‘We hebben van de invoering van de Jeugdwet geleerd. Daar ging van alles mis, ook omdat we te laat zijn begonnen met de voorbereiding. Dat gaan we nu anders doen.’
En de mensen dan?
Zoals gezegd, procedures en aanpassingen in de organisatie zijn de speerpunten bij veel gemeenten in de voorbereiding. Maar hoe zit het eigenlijk met de menselijke kant? Een van de doelen van de Omgevingswet is betere en snellere besluitvorming. Dat vereist van ambtenaren ook een andere houding. Minder gericht op het afwegen van mogelijkheden op basis van bestemmings- en beleidsplannen. En juist meer in gesprek, luisteren, verbinden. Hoe wordt daarmee omgegaan?
De communicatietraining
‘Ik heb het er mijn leidinggevende over gehad, die zei dat ik even op intranet moest kijken of ik me kon aanmelden voor een communicatietraining. Dat heb ik gedaan. Wij werken heel kortcyclisch hier, ik ga een training doen van twee dagdelen.’ Aan het woord is dezelfde ambtenaar die ik eerder citeerde. Misschien klonk ik een beetje té verbaasd toen ik zei: ‘Twee dagdelen? Is dat alles?’ Ze keek me met opgetrokken wenkbrauwen aan: ‘Ja,’ zei ze, ‘dan krijgen we een aantal do’s en don’ts. De rest moet toch in de praktijk gebeuren.’
Ik moet zeggen, daar heeft ze een punt. Tegelijkertijd vind ik het wel zorgelijk dat er nog altijd gemeenten zijn die de kritische succesfactor, namelijk het draagvlak voor verandering onder de medewerkers, niet zo serieus nemen. Als je al vele tientallen jaren op een bepaalde manier gewerkt hebt, verander je dat natuurlijk niet met een workshopje van twee middagen.
Heb jij een andere ervaring?
Ik heb maar een beperkt zicht op datgene wat er zich in gemeenteland afspeelt. Bovenstaande ervaring komt uit één gemeente. Heb jij andere ervaringen? Of misschien dezelfde ervaring? Laat het weten in een reactie. Wellicht kunnen we op die manier van elkaar leren.
Kasper Bosker says
Het klopt dat we als lokale overheid bezig zijn met procedures, besluitvorming en werkprocessen. De Omgevingswet is Rijksbeleid en vervangt 26 wetten en diverse Artikelen, Maatregelen van Bestuur en Ministeriële Regelingen dus vergt een zorgvuldig beleidsmatig en juridisch proces. Daarnaast houdt de Omgevingswet in dat we aan de slag zijn met herijken of nieuwe zaken betreffende Visie, Strategie en Omgevingsplannen. Alles is gericht op een soepele implementatie op 1 januari 2021.
Maar het gaat inderdaad ook over houding en gedrag, vandaar dat we met onze medewerkers vanaf 2016 al in de geest van de omgevingswet werken, dus kijken wat er mogelijk is en niet “ja-maar”. Integraal bezien wat er nodig is en welke afwegingen we moeten maken samen mét de burger. Uiteraard heeft dit in onze gemeente nog een bijzondere dimensie door de gevolgen van de bevingen en versterking veroorzaakt door gaswinning. Er wordt versterkt, gesloopt en opnieuw gebouwd en dus is het van groot belang dat behalve wij ook onze ketenpartners denken vanuit kansen en mogelijkheden en dan is luisteren en verbinden een voorwaarde en tweede natuur geworden. Nieuwe kindcentra, duurzame oplossingen voor energie en waar mogelijk gasloze wijken.
Met onze gemeenteraad hebben we in de gemeente Loppersum samen met Bügel & Hajema en Libau simulatieoefeningen en een rollenspel gedaan. Dat wil zeggen we hebben aan de hand van een thema vergadert alsof de Omgevingswet reeds was ingevoerd. Ook daar kwamen rollen. gedrag en communicatie uitgebreid aan de orde.\
Er is een duidelijke parallel met de implementatie van de 4 D’s (de decentralisatiewetten) in het sociaal domein (jeugd, wmo/AWBZ en passend onderwijs). Ook daar spraken we eerst van een transitie van organisatie en wetgeving tijdens de implementatiefase en nu over transformatie van zorg en gedrag. Een extra complicatie daarbij was de forse bezuinigingstaakstelling. “De burger in zijn/haar kracht zetten, eigen initiatief en denken vanuit kansen en competenties” zijn centrale doelen binnen het sociaal domein.
Kortom we zijn bij de Omgevingswet druk doende met de administratieve en beleidsaanpassingen maar ook met gedrag, kennisoverdracht, opleidingen en communicatie. Wij gaan dit de komende jaren overigens als Gemeente Loppersum samen verder oppakken met onze herindelingspartners Delfzijl en Appingedam.
Verandering binnen de ruimtelijke ordening maar ook binnen het sociaal domein vraagt om andere competenties die we moeten aanspreken en ontwikkelen.