Het kabinet presenteerde gisteren samen met gemeenten, scholen, politie en jongerenorganisaties een actieplan om wapenbezit en gebruik ervan onder jongeren aan te pakken. Verkoop van messen aan minderjarigen wordt landelijk verboden. De regels voor het dragen van messen worden verduidelijkt, er komt er een campagne om wapenbezit te ontmoedigen en gemeenten kunnen preventief fouilleren en kluisjes op scholen controleren.
Er zijn steeds vaker steekincidenten met minderjarigen. Daarom heeft het kabinet samen met onder meer de politie, scholen, het Openbaar Ministerie, gemeenten en jeugd- en welzijnswerk een Actieplan Wapens en Jongeren opgesteld om deze vorm van geweld tegen te gaan. De partijen werken nauw samen om jongeren en hun ouders bewust te maken van de risico’s van wapenbezit en -gebruik.
Preventief fouilleren
Acties zijn onder meer preventief fouilleren in aangewezen gebieden, kluisjescontroles op scholen en een gezamenlijke wapeninzamelactie. Ook komen er campagnes tegen wapenbezit onder jongeren en lessen op school door bijvoorbeeld een officier van justitie en medewerkers van Halt. Gemeenten en politie zorgen voor een laagdrempelig aanspreekpunt op scholen voor jongeren die zich bedreigd voelen. Bijvoorbeeld met een wekelijks spreekuur van wijkteams, een schooljongerenwerker of de wijkagent.
Landelijk messenverbod
Landelijke maatregelen zijn onder meer een verbod op verkoop van legale messen aan minderjarigen. Omdat het even duurt voordat de wetgeving er is, overlegt het ministerie van Justitie met grote winkelketens om alvast geen keukenmessen en dergelijke aan jongeren meer te verkopen. Het dragen van veel soorten steekwapens is landelijk al verboden. De regels worden de komende tijd verduidelijkt, zodat er beter kan worden opgetreden. De gemeente Zaanstad besloot onlangs al om lokaal een aangescherpt verbod in te voeren en is blij met het actieplan.
‘Er staan maatregelen in die ons ook lokaal verder helpen zoals het verduidelijken van (landelijke) regels rondom wapen- en messenverbod,’ zegt burgemeester Jan Hamming die zich al geruime tijd inzet om dit probleem landelijk op de agenda te krijgen. ‘Ook vinden we het belangrijk dat er een wetsvoorstel komt dat het verbod van messen aan minderjarigen gaat regelen. Dat is een wetsaanpassing waar Zaanse inwoners ook nog een rol in hebben gespeeld. Zij deelden massaal een bericht via social media over dit onderwerp, wat tot veel publiciteit leidde.’
Jongerenwerkers
Ruim 70 procent van de burgemeesters sloot zich aan bij Hamming en wil een landelijk messenverbod voor jongeren. Ook Sociaal Werk Nederland steunt de oproep van burgemeesters om een landelijk messenverbod in te stellen voor jongeren. Onder de noemer #NoShank startten jongerenwerkers uit heel Nederland eind augustus een eigen campagne voor het tegengaan van angstcultuur en messengebruik.
De brancheorganisatie voor sociaal werk steunt ook het gezamenlijke actieplan, maar wil nog met het kabinet in gesprek over de preventieve maatregelen. Die gaan volgens de organisatie niet ver genoeg. ‘Om het risico op steekincidenten te verkleinen moet er meer gebeuren dan alleen praten en het bewust maken van jongeren.’
Voor eigen veiligheid
Jongerenwerkers willen daarom een landelijke aanpak angstcultuur en wapenbezit onder jongeren bespreken. ‘Wij horen als jongerenwerkers van veel jongeren dat zij bang zijn om slachtoffer te worden van geweld. Daarom lopen ze met een mes op zak. We willen daarom om tafel met jongeren én met de verantwoordelijke minister en de politiek, om te bespreken wat deze jongeren nodig hebben om niet meer zo bang te zijn dat ze een wapen dragen ‘voor hun eigen veiligheid.’
Nu ondermijning steeds meer de bovenwereld raakt, krijgt ook de politiek volgens Sociaal Werk Nederland ‘weer oog voor de jongeren die opgroeien in een omgeving die niet veilig is’. Volgens de jongerenwerkers zijn structurele inzet voor sterke sociale buurten en samenwerking tussen ouders, scholen, jeugdagenten, sociaal werk en jongerenwerkers van groot belang.
Actieplan Wapens en Jongeren
Het Actieplan Wapens en Jongeren heeft een looptijd van twee jaar en is opgesteld met 15 betrokken gemeenten, het OM, de politie, Halt, de William Schrikker Stichting Jeugdreclassering en Jeugdbescherming, de Raad voor de Kinderbescherming, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid.
Geef een reactie