De gemeente Zuidplas wil een volledig nieuw dorp bouwen in de Zuidplaspolder. Eerdere bouwplannen in ’s lands laagst gelegen plekje liepen spaak op waterveiligheidsrisico’s. Maar die discussie speelt niet meer.
Het ‘Vijfde dorp’ heet de nieuwe aanwinst van de gemeente met de vier dorpen Nieuwerkerk aan den IJssel, Moordrecht en Zevenhuizen-Moerkapelle. Onlangs stemde de raad in met het masterplan voor de bouw van 8000 woningen en twee nieuwe bedrijventerreinen in het hart van de Zuid-Hollandse polder tussen Rotterdam en Gouda. Ook het omringende landschap ondergaat een metamorfose. Over drie jaar moet de bouw van de eerste 4000 huizen beginnen.
Laagstgelegen plek
Bouwen op het laagstgelegen plekje van ons land? Dat is de zondvloed opzoeken. Zo luidde decennialang de kern van de kritiek op bouwplannen in de Zuidplaspolder op 6,76 meter onder NAP. Door zijn diepe ligging geldt met name het noordoostelijk deel van de polder bij de Hollandsche IJssel en de Gouwe als een risicogebied bij een dijkdoorbraak.
Maar tegelijkertijd is de Zuidplaspolder een strategische plek in de Randstad. Het kabinet wil tot 2030 een miljoen woningen bijbouwen in ons land. Ook hotspot Zuidplaspolder kwam hernieuwd in beeld als plaats voor woningen.
De tegenstand in de raad was miniem. Lokale partij Nieuw Elan stemde ondanks sterke twijfels over de financiële haalbaarheid van het bouwproject toch voor. Alleen de tweekoppige SP-fractie verwierp de plannen, omdat er te veel groen voor moet wijken. De planprocedure en de inspraak moeten nog beginnen, waarna volgens schema in 2024 de eerste schop de grond in kan.
Waterschap is om
Vanwege de kans op overstromingen en de stijgende zeespiegel adviseerde het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard lange tijd met klem om niet in de Zuidplas te bouwen. Maar ook het waterschap is nu om. Als uitleg daarbij gaf dijkgraaf Agnes van Zoelen medio april tijdens een informatiebijeenkomst voor de raad aan, dat er kansen liggen om het watersysteem in de polder met zijn uiteenlopende peilwisselingen en hoogteverschillen veerkrachtiger te maken. Het waterschap verwacht de waterkeringen goed op orde te kunnen houden, zodat de bewoners van het gebied veilig zijn. De zeespiegelstijging is volgens het waterschap op de korte termijn geen probleem.
Veel keus heeft het waterschap niet. De gemeenten in en rond de polder hebben veel geld gestoken in het verwerven van gronden en zijn niet te stoppen. In de gezamenlijk opgerichte grondbank zit voor 100 miljoen euro aan aangekochte gronden. Ook Rijk en provincie steunen de bouwplannen. In de laatste raadsvergaderingen over het project is het woord waterveiligheid niet meer over de tong gegaan, maar ging het uitsluitend om de ontwikkeling van het gebied met vooral de bouw veel nieuwe woningen. Ook sociale woningbouw.
Klotsend water
Maar hoe zit het met de waterveiligheid? Voor de veiligheid van de Zuidplaspolder is vooral de dijk langs de Hollandse IJssel aan de oostkant van het gebied cruciaal. De veiligheid daarvan houdt verband met het afsluiten van de stormvloedkering bij Krimpen aan den IJssel. Als deze kering bij een storm niet dichtgaat, dan klotst het water hoog tegen de dijken langs de rivier.
Als in het worst-case-scenario de dijk van de Hollandse IJssel doorbreekt, loopt op dit punt een immense hoeveelheid water de diepgelegen polder binnen. Volgens het hoogheemraadschap zijn in 2017 de zwakke plekken aangepakt en is zo goed als mogelijk geanticipeerd op het beschermingsniveau van de landelijke risiconormen. Een rapportage later dit jaar moet duidelijk maken of de dijk nog steeds voldoet aan de waterveiligheidseisen.
Volgens een woordvoerder van de provincie Zuid-Holland is er nadrukkelijk aandacht voor klimaatadaptatie en waterveiligheid bij de bouwambities van de gemeente Zuidplas. ‘Er ligt een bestuurlijke afspraak over 7000 woningen in de Zuidplaspolder en daarbij is goed gekeken naar de ondergrond en het watersysteem. De nieuwe woningen die de gemeente heeft gepland, lijken op de plek te komen waar ze het best kunnen.’ De gekozen locatie ligt op een hogere kleilaag van een oude kreekrug. Maar de plek bevindt zich nog altijd zes meter onder de huidige zeespiegel.
Planningsvraagstuk
Hoogleraar waterveiligheid Matthijs Kok van de TU Delft beaamt dat de risico’s technisch gezien nagenoeg zijn uit te sluiten. ‘Je kunt poldergebieden goed beschermen, zodat het er veilig wonen is. Maar daar hangt wel een prijskaartje aan en de waterbeheerder draait daarvoor op. Ook zullen de middelen overeind moeten blijven om de veiligheid in de toekomst op orde te houden.’ Zorgelijk, aldus Kok, blijft de eeuwige politieke strijd die hiermee gepaard gaat.
Ook vraagt de hoogleraar zich af of het uit oogpunt van de voortschrijdende bodemdaling wel verstandig is in de allerlaagste gebieden van ons land te bouwen. ‘Bodemdaling is een factor van betekenis,’ zegt Kok. ‘Je zult regelmatig moeten toetsen of het overstromingsrisico dan niet groter wordt. Bij elke decimeter bodemdaling neemt het risico toe. Ik snap wel dat iedereen in een regio met veel bedrijvigheid wil wonen. Dat is ook het antwoord op de vraag waarom we niet in het oosten van het land meer nieuwe woonwijken gaan bouwen.
‘Maar afstemming is nodig. Aan dat landelijk planningsvraagstuk heeft nog niemand zijn vingers willen branden, ook de politiek niet. In het Deltaprogramma wordt deze discussie eveneens niet gevoerd. En het bouwen in de Zuidplaspolder is evident een gelopen race.’
Geef een reactie