“De eind vorig jaar voorgestelde Aanbestedingswet is niet principieel anders dan de bestaande: gerommel in de marge”, volgens hoogleraar inkoopmanagement Jan Telgen. Vandaar zijn alternatief voor de wet.
Telgen heeft zijn alternatief de Inkoopwet genoemd en dus geen Aanbestedingswet. De naam geeft alvast een indicatie. De alternatieve wet gaat over meer dan aanbesteden alleen.
Het voorstel werd goed ontvangen. De VVD en het CDA hebben al laten weten oren te hebben naar dit alternatief, dat waarschijnlijk dit voorjaar wordt besproken in de Tweede Kamer. Ook minister Maxime Verhagen van Ecomische Zaken, Landbouw en Innovatie is positief in een brief aan de Kamer: “De voorstellen van de heer Telgen vind ik zeer interessant.”
“We missen de kans om met deze wet iets echt goeds neer te zetten”, zei Telgen eerder al tegen Gemeente.nu, om daarna te werken aan het alternatief. Ergo, wat zijn de verschillen tussen de Aanbestedingswet en de Inkoopwet?
Maatschappelijke waarde
Volgens de hoogleraar vraagt de wet om een onderliggende visie. Welke? “Het doel van deze inkoopwet is het reguleren van het inkoopproces bij aanbestedende diensten op dusdanige wijze dat dit zo veel mogelijk maatschappelijke waarde oplevert”, schrijft Telgen als Artikel 1 (PDF).
De focus moet liggen op doelmatigheid: op het bereiken van die maatschappelijke waarde. Dat is ook financieel van groot belang. Volgens kennisnetwerk NEVI is jaarlijks tien miljard euro te besparen. Essentieel is dan wel dat overheidsinkopers professionaliseren. Goed voor de overheden, maar ook voor het bedrijfsleven, dat minder administratieve lasten zou hebben dan nu het geval is.
Europese drempel
De inkoopwet van Telgen gaat over alle inkopen, dus niet alleen die boven de Europese drempelwaarden voor aanbestedingen. “Het leveren van waarde voor de belastingbetaler kan dan ook niet zonder aandacht voor die vele kleine, jaarlijks ongeveer 300.000 aanbestedingen onder de drempel.”
Het gaat dus om het creëren van maximale waarde voor de belastingbetalers. Om dit te bereiken is de alternatieve wet zo eenduidig mogelijk gemaakt. De basisbeginselen gelden bijvoorbeeld onder én boven de Europese drempel, want hoe eenduidiger de wet, hoe minder administratieve lasten. En dat scheelt tijd en geld.
Het belangrijkste verschil volgens Telgen: “Het alternatieve voorstel is ‘principle based’, waar het voorstel van het ministerie ‘rule based’ is.” Een voorbeeld. Het huidige wetsvoorstel bepaalt de procedure voor inkopen onder de drempel. Het alternatief laat de keuze van de procedure open, als die keuze maar inhoudelijk kan worden gemotiveerd. In het voorstel van Telgen kan onder de drempel altijd onderhands aanbesteed worden als daar een zinnige reden voor is, maar dan moet ook de selectie van uit te nodigen aanbieders objectief en niet-discriminerend zijn.
College van aanbestedingsexperts
Zoals gezegd, Verhagen ziet het voorstel grotendeels zitten. “Tenslotte ziet de heer Telgen als extra waarborg een belangrijke rol voor een College van aanbestedingsexperts, aan wie betrokken partijen los van iedere rechtsgang een opinie kunnen vragen”, schrijft de minister.
“In de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel voor de nieuwe Aanbestedingswet is dan ook opgenomen dat de mogelijkheid zal worden gecreëerd om verschillen van mening voor te leggen aan een groep van aanbestedingsexperts. Het gaat ook hierbij niet om een extra rechtsgang, maar om een laagdrempelige manier van klachtenafhandeling.”
Bekijk de databank voor inkopers >> |
---|
Elske says
Wat ik mis is het combineren van selectie- en gunningscriteria in de weging? Voor de branche waar ik zit zou dit een welkome verbetering zijn van de procedure.