Al een jaar of 10 stopt elk jaar een aantal gemeenten met het heffen van hondenbelasting. In 2025 wordt dit nog in 113 van de 342 gemeenten geheven. Dat is een daling van 7 procent ten opzichte van het jaar ervoor, zo blijkt uit cijfers van huisdierenverzekeringen.nl
Het aantal gemeenten dat de hondenbelasting heft, daalt al jaren. Dit jaar betalen hondeneigenaren dus nog in een derde van de gemeenten belasting voor hun viervoeter, zo blijkt uit de cijfers van het platform. In 2026 of 2027 zijn er nog eens 6 gemeenten die de belasting afschaffen. Steeds meer gemeenten doen dat, omdat deze in veel gevallen niet meer wordt gebruikt om hondenpoep terug te dringen. Daar was de heffing ooit onder andere voor bedoeld.
Flinke verschillen in tarieven
Het tarief voor één hond verschilt behoorlijk per gemeente. In de gemeente Katwijk zijn baasjes met een viervoeter het meeste kwijt. Hier moet 139,03 euro worden betaald. In de gemeenten Hoorn en Aalten zijn de baasjes het voordeligste uit. Hier betalen zij namelijk respectievelijk 14,59 euro en 16,25 euro.
In de gemeenten Kerkrade en Valkenburg aan de Geul is de eerste hond dan wel gratis, maar moet je juist voor een tweede hond respectievelijk 113 euro of 95,40 euro betalen. Het tarief voor het houden van een tweede hond is in veel gemeenten trouwens zwaarder belast dan de eerste viervoeter. In de gemeente Nissewaard is dat verschil het grootst met 348,32 euro op de rekening.
Stijgers en dalers
In Lelystad steeg de hondenbelasting met 83 procent ten opzichte van vorig jaar, goed voor bijna 40 euro. In de gemeenten Veldhoven, Utrechtse Heuvelrug, Montferland en Aalten valt de belasting juist de helft lager uit dan vorig jaar. In Aalten en Utrechtse Heuvelrug is het bovendien het laatste jaar dat inwoners de hondenbelasting hoeven te betalen.
Geef een reactie