Niet gemeenten maar het Rijk gaat over het voeren van inkomensbeleid. De gemeente Utrecht probeerde dit te doorkruisen door de vermogensgrens voor het kwijtschelden van gemeentelijke belastingen te verhogen. De regering verhinderde dat terecht, aldus de Raad van State.
De Raad van State boog zich als hoogste bestuursrechter over een zaak die Utrecht aanspande tegen het Rijk. De gemeente voerde in de lokale regels een versoepeling door, waarvoor de stad op de vingers werd getikt door de regering en vervolgens dus door de rechter.
Verhoging spaarplafond
Het geschil ging om bewoners die weliswaar een laag inkomen hebben, maar beschikken over méér spaargeld dan de landelijke norm van 7605 euro voor alleenstaanden of het dubbele voor samenwonenden. Utrecht wilde deze groep tegemoetkomen door het spaarplafond voor kwijtschelding van belastingen te verhogen met minimaal 75 procent.
De gemeenteraad stelde zich hiermee op dezelfde politieke lijn als de Tweede Kamer, maar het kabinet haalde desondanks een streep door het besluit. En daarin had het kabinet dus gelijk, aldus de RvS. ‘Dat de Tweede Kamer in moties heeft opgeroepen deze regels te herzien, betekent niet dat de gemeenteraad van Utrecht vooruit mag lopen op keuzes die de landelijke wetgever moet maken.’
De gemeente betoogde nog dat het artikel op basis waarvan vernietiging plaatsvond, zelf strijdig is met onder meer de lokale autonomie. Maar ook dat nam de Raad van State niet over. Net zo min als het verweer dat de huidige situatie zou neerkomen op verboden discriminatie: onderscheid op grond van vermogen is geoorloofd.
Centraal bepaald
De regel en de bedoelingen van de wet zijn daarbij glashelder volgens de rechter: ‘Uit de totstandkomingsgeschiedenis van deze bepaling volgt dat hiermee is beoogd om ondubbelzinnig in de wet vast te leggen dat het hanteren van inkomens- en vermogensdraagkracht voorbehouden dient te blijven aan de centrale overheid.’
Minister aan zet
In een reactie op het besluit van de RvS zegt GroenLinks Utrecht: ‘We kunnen deze mensen niet in de kou laten staan. Wij vinden dat het probleem moet worden opgelost. De bal ligt nu dus bij de minister.’ PvdA-fractievoorzitter Rick van der Zweth, die samen met GroenLinks het initiatief in Utrecht lanceerde, is het daarmee eens. ´In Utrecht hebben we gedaan wat we konden. De minister moet er werk van maken, want de huidige regels zijn te streng, onduidelijk, en bestraffen financieel verantwoordelijk gedrag.’
Fred IJspeerd says
Jammer dat er geen rekening is gehouden met het rapport van de Staatscommissie Recht. Mogelijk had dat tot een uitspraak in het voordeel van de 2500 kwetsbare huishoudens in Utrecht kunnen leiden.