Gemeenten hebben de verlaging van de onroerendezaakbelasting (ozb) niet of nauwelijks aangegrepen om andere lokale lasten te verhogen. Over het algemeen stelden zij zich tevreden met de compensatie vanuit het Rijk, blijkt uit een studie van het Centraal Planbureau (CPB).
In 2006 werd het gebruikersdeel van de ozb op woningen – tot dan toe opgebracht door huurders – afgeschaft. Tegelijk werden de overgebleven onroerendezaakbelastingen gemaximeerd – niet per gemeente, maar met een ‘macronorm’. ‘Dit leidde tot een substantiële daling van de gemeentelijke belastinginkomsten, maar niet tot grote aanpassingen van de belangrijkste andere gemeentelijke heffingen,’ meldt het CPB.
Dit komt volgens de onderzoekers doordat gemeenten voor het verlies aan belastinginkomsten werden gecompenseerd door het Rijk. Het ging daarbij om ruim een miljard euro, die via een formule werd verdeeld. Omdat deze formule voor sommige gemeenten negatief uitpakte, was er ook een tijdelijke pot om deze tegenvallers te compenseren.
Rioolheffing uitzondering
Het CPB keek of de wijzigingen leidden tot hogere tarieven bij de rioolheffing, de overgebleven ozb, de afvalstoffenheffing en de toeristenbelasting. Overige lokale heffingen, zoals parkeer- of precariobelasting zijn niet onderzocht. De conclusie is dat alleen de rioolheffing in een aantal gevallen omhoog ging. ‘Bij gemeenten waar het verlies aan inkomsten uit de ozb groter was dan de compensatie die ze van de rijksoverheid ontvingen. De rioolheffing was voor deze gemeenten niet kostendekkend.’
Vergroting belastinggebied
Het CPB noemt de uitkomsten van het onderzoek relevant voor de discussie over vergroting van het gemeentelijke belastinggebied. Het idee daarachter is dat gemeenten meer inkomsten zelf gaan ophalen bij bewoners, waar dan een verlaging van bijvoorbeeld de lasten op arbeid tegenover zou staan. Dit zou bijvoorbeeld meer lokaal maatwerk mogelijk maken. Beleidsmakers vrezen echter dat grotere lokale belastingvrijheid zal leiden tot hogere lasten voor bepaalde huishoudens of bedrijven.
Om dat te voorkomen zouden dan weer extra beleidsmaatregelen nodig zijn. Maar dat is op basis van dit onderzoek niet nodig, stelt het CPB. ‘Met de kanttekening dat een verruiming van het lokale belastinggebied niet hetzelfde is als een inperking, geven onze resultaten geen reden om aan te nemen dat een eventuele uitbreiding van het belastinggebied leidt tot afwenteling van lokale lasten op specifieke groepen huishoudens of bedrijven.’
Beekman says
De OZB is er destijds gekomen als vervanger van onder meer straatbelasting en personele belasting. Tegelijk was de OZB er voor om een hoger voorzieningenniveau in de gemeente te realiseren dan er mogelijk was uit de uitkeringen vanuit het gemeentefonds. Voorzieningen voor toch vaak alle inwoners.
Zo kwam voor de personele belasting de gebruikersbelasting in de OZB terug! Een belasting die ook huurders van sociale huurwoningen betaalden. Terecht want deze huurders genieten ook van de eventuele extra voorzieningen in sport en andere welzijnsvoorzieningen.
Wat gebeurd er nu bij de afschaffing van de gebruikersbelasting van de OZB? Eigenaren van woningen dragen nog wel bij aan voorzieningenniveau van de gemeente via de eigenaren belasting in de OZB maar de huurders niet meer!!
Daarmee wil ik zeggen dat met de maatregel zelf er een fikse verschuiving heeft plaats gevonden op lokaal terrein van wie betaald voor de voorzieningen. Een niet terechte in mijn ogen want ook de huurders profiteren van het geboden voorzieningen niveau.
Ik kan dan ook niet uit de voeten met de conclusie die de rapport schrijvers aan hun onderzoek verbinden! Deze is zeker te betwisten. Je moet niet alleen na de maatregel kijken maar ook ervoor/tijdens de afschaffing van de gebruikersbelasting OZB. De forse lastenverlichting voor huurders van woningen is nooit richting de eigenaren “recht getrokken”. Dus betalen de eigenaren voor het extra voorzieningenniveau, waar de huurders ook van profiteren.
In mijn ogen moet er bij discussie over uitbreiding dan ook oog zijn voor dit element dat elke inwoner meebetaald aan de “welvaart” voorzieningen ( overdekte zwembaden/ sporthallen etc). Herstel van fout bij de afschaffing van het gebruikersdeel.