Een nieuw digitaal systeem zit er voor de komende Tweede Kamerverkiezingen niet in, wel staan er experimenten op stapel met ‘handzame stembiljetten’ die tevens scanbaar zijn. De vraag is nog hoe lang deze experimenten gaan duren en in hoeverre gemeenten daarbij een keuze hebben.
Dit blijkt uit recente voorstellen van minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en de reacties daarop. In verband met de overgang naar ‘digitale hulpmiddelen’ bij het stemproces wil de bewindsvrouw van de Kiesraad een ‘verkiezingsautoriteit’ maken. ‘Met de Kiesraad ben ik van mening dat er nieuwe bevoegdheden nodig zijn om een betrouwbaar gebruik van digitale hulpmiddelen in het verkiezingsproces te waarborgen,’ schrijft Ollongren deze week aan de Kamer.
Het gaat daarbij onder andere om de bevoegdheid ‘voorschriften te geven aan gemeenten’ voor het gebruik van de hulpmiddelen en voor het kunnen uitvoeren van controles daarop. De Kiesraad bereidt al een aanbesteding voor, maar aangezien ook nog de Kieswet op de schop moet, acht Ollongren het ‘niet langer realistisch’ dat digitaal tellen bij de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2021 de praktijk zal zijn. Een jaar later zijn de gemeenteraadsverkiezingen weer aan de beurt. De Kiesraad drong eerder aan op snelle veranderingen omdat de huidige technologie op zijn laatste benen loopt.
Bij de Kamerverkiezingen kan wel al met kleinere stembiljetten worden gewerkt. Ollongren wil daarmee experimenteren, heeft ze in een conceptwetsvoorstel aangekondigd. De Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken (NVVB) zegt namens gemeenten in grote lijnen positief tegenover het voorstel te staan (pdf). ‘Wij zijn namelijk van mening dat een handzamer stembiljet zowel de snelheid als de nauwkeurigheid van het vaststellen van de verkiezingsuitslagen kan bevorderen,’ aldus de vereniging. Handigere biljetten zouden ook de toegankelijkheid van het verkiezingsproces kunnen vergroten.
De vereniging wil graag experimenteren met twee verschillende modellen: met en zonder de namen van kandidaten. In het laatste geval staan alleen partijen en kandidaatnummers op het biljet. ‘Door te gaan experimenteren met beide biljetten kunnen we gezamenlijk achter veel waardevolle informatie komen.’ Gemeenten moeten zelf kunnen kiezen met welk model ze aan de slag gaan, vindt de NVVB. Die mogelijkheid zou in het voorstel nog ontbreken. Het tellen zou bij de experimenten elektronisch kunnen, omdat de biljetten gescand worden. Dat is eind 2018 al op kleinere schaal getest.
De NVVB pleit er verder voor de looptijd van het experiment te beperkten tot maximaal vijf in plaats van tien jaar. Volgens de vereniging is het een ‘slechte zaak’ als de lastenverlichting voor stembureaus tien jaar uitstel oploopt. Gemeenten worden op die manier opgezadeld met bezettingsproblemen voor de ouderwetse stembureaus, vreest de vereniging.
Geef een reactie