Al sinds de jaren negentig vorige eeuw kiezen veel gemeenteraden voor een eigen rekenkamercommissie, als er geen steun is voor een zelfstandige lokale rekenkamer. Opnieuw wil de minister hier nu mee afrekenen. Hopelijk herhaalt de geschiedenis zich en steekt de Kamer een stokje voor dit onzalige plan.
Soms bestaat zo’n commissie helemaal of gedeeltelijk uit raadsleden, soms zitten er geen raadsleden in. Amendementen van Kamerleden waren begin deze eeuw nodig om vast te houden aan wat in veel gemeenten al prima functioneerde. Zal de Kamer dit keer net zo verstandig reageren als toen? Anders, wees creatief met het voldoen aan de Gemeentewet – en zorg dat wat al jaren goed gaat, goed blijft gaan. Het kán, lees maar mee.
‘Slager die eigen vlees keurt’
Het argument is steeds weer dat raadsleden niet zelf onderzoek kunnen doen, want de slager keurt niet zijn eigen vlees. De discussie over het wel of niet onafhankelijk zijn, bestaat al vanaf de start. Een non-discussie, want goed onderzoek kan overal worden gedaan. Niet de organisatievorm maar de onderzoekers zijn bepalend. Het is zelfs de vraag of rekenkamers die er hun broodwinning van maken niet juist afhankelijk zijn.
Nu staat het versterken van gemeenteraden hoog in het vaandel van de minister. Allerlei projecten zijn daartoe in het leven geroepen. De vraag voor de rekenkamercommissies blijft echter: waarom zou de minister de bestaande praktijk in dit geval willen verbieden?
Slapende rekenkamers
Er zijn gemeenten die een zogenoemde slapende rekenkamer(commissie) hebben: dat is hét haakje waaraan het wetsvoorstel hangt. Een verplichte rekenkamer zou dit oplossen, al leert de praktijk zo’n ‘echte’ zelfstandige rekenkamer natuurlijk ook kan slapen. Dit is dus niet voorbehouden aan rekenkamercommissies. Het lijkt alsof de gedachte is: als er maar geen raadsleden inzitten, dan komt alles goed en is en blijft iedereen wakker.
Nu wil het geval dat we in Nederland bijzondere gemeenten hebben die in het Caribisch gebied liggen, de BES-eilanden (Bonaire, St. Eustatius en Saba). Voor deze drie bijzondere gemeenten is er aparte wetgeving, maar vergelijkbaar met de Gemeentewet. Een uitzondering hierop vormt de verplichting van een gezamenlijke Rekenkamer. Deze verplichting geldt sinds 2010, maar is tot op de dag van vandaag niet gerealiseerd.
Vorig jaar, op 5 juni, liet de staatssecretaris van BZK weten dat een ‘eiland-specifieke benadering’ – in plaats van een gezamenlijke rekenkamer – de voorkeur heeft. Eindelijk!
Verplichting niet nageleefd
Sindsdien is bij mijn weten de eilandenwetgeving nog steeds niet aangepast en geldt onverkort de verplichting voor een gezamenlijke rekenkamer. Al rond 2012 is geprobeerd een rekenkamercommissie voor een van de drie eilanden te realiseren binnen diezelfde wet, door gebruik te maken van het artikel van ‘andere commissies’. Daar werd indertijd zeer heftig op gereageerd vanuit BZK, waardoor de eilandsraad er vanaf zag.
Nu gebeurde er de afgelopen maanden iets heel bijzonders op St Eustatius. Het lokaal bestuur bestaat momenteel uit een afvaardiging van de regering, er is géén eilandsraad meer. En wat heeft het bestuur gedaan: er is een lokale rekenkamer in het leven geroepen.
Ontsnappingsroute
Mocht de Kamer onverhoopt, ten onrechte, niet kritisch zijn over het wetsvoorstel en het wordt tóch aangenomen, dan blijft er dus een ontsnappingsroute mogelijk. Maak in dat geval gebruik van artikel 84 van de Gemeentewet: stel een commissie in, en blijf doen waar u als gemeenteraad tevreden over bent.
Els Boers is interim-griffier en adviseur voor lokaal bestuur.
Alain Krijnen says
Je schrijft dat als de Kamer het wetsvoorstel aanvaardt, gemeenten gebruik zouden kunnen maken van de mogelijkheid een artikel 84-commissie in te stellen. Waarom dat volgens jou zou kunnen, is mij een raadsel, de Gemeentewet biedt geen aanknopingspunten voor jouw stelling. Het wetsvoorstel versterking decentrale rekenkamers is volstrekt duidelijk: iedere gemeente is straks verplicht een onafhankelijke rekenkamer in te stellen, al dan niet gezamenlijk met andere gemeenten. Het wetsvoorstel biedt de raad niet de ruimte om hiervoor gebruik te maken van artikel 84-commissies.