De landelijke normen voor stank zijn voor agrarische gemeenten soms een obstakel voor economische groei. Toch is er wel een mogelijkheid hiervan af te wijken.
Dat schrijft staatssecretaris Joop Atsma van van Infrastructuur en Milieu aan de Tweede Kamer als reactie op vragen van Marianne Thieme en Esther Ouwehand van de Partij voor de Dieren. De landelijke geldende Wet geurhinder en veehouderij biedt gemeenten de mogelijkheid om lokale invulling te geven aan hun geurbeleid.
Binnen landelijk bepaalde bandbreedtes; dat wel. Of een ruimere verordening aan de landelijke eisen voldoet, is mogelijk een taak van de bestuursrechter. Dit bij twijfel. De verordening wordt dan getoetst als beroepsprocedure tegen het verlenen van een vergunning voor de uitbreiding van een veehoudersbedrijf.
Kaag en Braassem
De vragen van Thieme en Ouwehand kwamen na het bericht dat Kaag en Braassem wil afwijken van de regels om een melkveehouderijen meer ruimte te geven voor uitbreiding. Volgens de Kamerleden worden hiermee de belangen van omwonenden geschaad, maar staatssecretaris Atsma ziet dat anders. De mogelijkheid bestaat. Het is aan de omwonenden om beroep aan te tekenen tegen de wijziging van het bestemmingsplan.
Geef een reactie