De groeiende achterstanden van de periferie op de economisch welvarende regio’s in ons land zijn principieel niet meer te rechtvaardigen. ‘Omdat ze de kansen van mensen op een gezond leven en op deelname aan de samenleving beperken,’ zo stellen drie adviesraden in een rapport maandag.
De adviseurs doen in Elke regio telt! verslag van welvaartsverschillen op streekniveau, afgezet tegen economische kernregio’s zoals de Randstad met de vier grote steden en de regio Eindhoven. De afzenders zijn drie adviesorganisaties van de overheid zelf: de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli), de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS) en de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB).
Voorzieningen in regio’s
‘Essentiële voorzieningen in de regio’s brokkelen gelijktijdig af: basisscholen gaan dicht, huisartspraktijken verdwijnen, winkels sluiten hun deuren, bushaltes worden opgeheven,’ zo schetsen de auteurs de misère in Zeeuws-Vlaanderen, de Veenkoloniën, Parkstad Limburg, Twente, en de Kop van Noord-Holland. ‘Voorbeeldregio’s’ noemt het rapport deze gebieden: niet om er een voorbeeld aan te nemen, maar in de zin van exemplarisch of maatgevend.
Spiraal van verschraling
‘Deze neerwaartse spiraal van verschraling,’ vervolgt de beschrijving, ‘heeft verstrekkende gevolgen voor het gemeenschapsleven in een regio. De leefbaarheid van dorpen, buurten en gemeenschappen komt onder druk te staan en dit leidt in diverse regio’s tot achterstanden.’ Ter illustratie wijst het rapport onder meer op een zeven jaar lagere levensverwachting, lagere inkomens, minder culturele voorzieningen en beperkter openbaar vervoer.
Een blik op de geldstromen leert dat het Gemeentefonds, de belangrijkste bron van inkomsten voor lokale overheden, tevens de grootste rijksbijdrage aan de regio’s omvat. Hierbij worden verschillen gladgestreken, maar het tegenovergestelde gebeurt volgens de raden met andere rijksbijdragen. Die investeringen gaan naar ‘gebieden waar volop kansen liggen, omdat ze zijn aangehaakt op de wereldeconomie. Deze investeringen maken krachtiger wat al krachtig is. Dat is een bewuste keuze.’
Beleid op drijfzand
Het idee hierachter is dat het vergroten van welvaartsgroei in economisch sterke regio’s, óók voordeel oplevert voor zwakkere regio’s. ‘Maar is dat ook zo?’ vragen de adviseurs. ‘Uit verschillende onderzoeken blijkt van niet. Terwijl de economische kerngebieden in Nederland de afgelopen decennia steeds
sterker zijn geworden, hebben de regio’s die al op achterstand stonden gestaag aandeel in de economische ontwikkeling verloren en zijn de achterstanden in brede welvaart niet minder geworden.’
Met andere woorden, het rijksbeleid blijkt gebaseerd op drijfzand: ‘Sterke regio’s trekken regio’s met achterstanden niet mee omhoog. Integendeel: deze worden juist zwakker, onder andere door het vertrek van jonge mensen en theoretisch opgeleiden. Een belangrijke aanname waarop het beleid van de rijksoverheid stoelt, klopt dus niet.’
‘Nooit de bedoeling’
Minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken liet maandag merken dat het kabinet niet blij is met het gevoerde drijfzandbeleid: ‘Dit rapport stelt dat er door beleidskeuzes van de overheid te grote verschillen zijn ontstaan tussen hoe goed het gaat met regio’s. Dat kan nooit de bedoeling zijn.’ Later komt de minister met een uitgebreide reactie.
Francinia Steenstra says
Dit is van belang voor het hele land. Maar dan moet er ook echt iets gebeuren. Ik hoop dat er doorgezet wordt. Nederland is te klein om regio’s te laten vallen. Dat kunnen we ons niet veroorloven. Gevoelsmatig niet en economisch niet. We moeten alles beter verdelen. Ik hoop dat dat prioriteit krijgt.