Gelderland telt circa 750 vuilstortlocaties die niet meer als zodanig worden gebruikt. Veel stortplaatsen lenen zich prima voor herontwikkeling. Gemeenten en andere grondeigenaren krijgen hulp bij de herontwikkeling.
Samen beslaan de stortplaatsen een oppervlakte van ongeveer 920
hectare. Zonde om zoveel ruimte onbenut te laten, vindt de provincie,
want veel stortplaatsen lenen zich prima voor herontwikkeling, aldus de
provincie in een rapport over stortlocaties.
De provincie heeft het
rapport 'Kansen voor hergebruik en herontwikkeling van stortlocaties in
Gelderland' uitgebracht waarin een aantal voorbeelden wordt toegelicht.
Ook zijn in het rapport problemen benoemd en hoe die kunnen worden
opgelost.
Goede ervaringen
Een aantal
stortplaatsen is inmiddels herontwikkeld tot zonnepanelenpark,
stadspark, natuurgebied, parkeerplaats en op sommige locaties is een
sporthal of bedrijfshal gebouwd. Die projecten zijn naar tevredenheid
uitgevoerd, zegt provinciewoordvoerster Marga Nijenhuis en leverden geen
onverwachte milieuproblemen op. “We hebben daar goede ervaringen mee opgedaan, die als voorbeeld dienen voor de toekomst.”
De
provincie is verantwoordelijk voor nazorg op voormalige stortplaatsen.
Dat houdt in dat de provincie de locatie moet controleren, de kwaliteit
van het grondwater in de gaten houdt en afdeklagen moet vervangen, als
dat nodig is. Bovendien vallen activiteiten op voormalige stortplaatsen
onder de provinciale bevoegdheden op basis van de Wet bodembescherming
(Wbb).
Geen acute problemen
Hoewel er geen
acute milieuproblemen zijn op de Gelderse stortplaatsen, kan de
afwerking op veel plaatsen wel beter. Herontwikkeling is een goed moment
om daar werk van te maken, vindt de provincie.
Ingewikkeld traject
Uit
eerder onderzoek blijkt echter dat gemeenten het lastig vinden om
vuilstortlocaties te herontwikkelen. Het is een ingewikkeld traject,
vaak met publiek-private samenwerking, bestemmingsplanwijzigingen en
ecologisch onderzoek, zorgen voor subsidies en het opstellen van een
saneringsplan. Vooral voor kleinere gemeenten blijkt de complexiteit een
hindernis.
De provincie wil
gemeenten daarom actief gaan wijzen op de mogelijkheden van oude
stortplaatsen op hun grondgebied en hen begeleiden in dat traject.
Ideeën zijn er al genoeg. Van recreatie, natuur en bedrijfsterrein tot
energiewinning door windmolens of zonnecellen. Ook is het mogelijk om
een voormalige stortplaats in te zetten voor de teelt van
energiegewassen, zoals wilg, populier of maïs.
Over de drempel
De
kosten voor herontwikkeling komen voor rekening van de initiatiefnemer,
aldus Nijenhuis. “Maar de provincie wil wel extra menskracht inzetten
om gemeenten over de drempel te helpen en actief mee te kijken naar wat
er allemaal bij herontwikkeling komt kijken.”
Geef een reactie