Opdrachtgeverschap oude stijl kan niet meer. Samenwerking en decentralisaties vragen nu echt om een andere manier van werken.
– VISIE – Patrick Tazelaar
Het zou zomaar een quote van Obama kunnen zijn. De ontwikkelingen, met name die in het sociaal domein, buitelen over elkaar heen. Extramurale begeleiding, jeugdzorg en werken naar vermogen betekent een uitbreiding en veranderingen van gemeentelijke verantwoordelijkheden. Gemeentelijke samenwerking, regisserende gemeente en bezuinigingen zijn zomaar andere ontwikkelingen die hoge prioriteit kennen.
De gevolgen voor en bijdrage van de gemeentelijke inkoop (of in andere termen opdrachtgevers- of regie) functie zijn enorm. Inkoop oude stijl kan echt niet meer. Een sociaal domein zonder bedrijfskundige kennis en kennis van inkoopmanagement is onbestaanbaar. Deze ontwikkelingen vragen echt om een change.
Inkopers van gemeenten kunnen zeker een belangrijke bijdrage leveren aan de opdrachtgeversrol. Maar dat vraagt enorm veel: meer vakgebieden waar je ‘iets’ van moet weten, kennis van nieuwe markten en specifieke marktkenmerken (hoe ga je om met zowel landelijke spelers als de zorgboerderij op de hoek?), kennis van integratie van ketens, van aanpalende stelsels als de zorgverzekering/AWBZ, expertise van afwegingsmodellen van zelf doen of uitbesteden (uitbesteden aan een zorgverzekeraar bijvoorbeeld?), expertise over subsidiemogelijkheden, expertise op het gebied van gemeentelijke samenwerking.
Kortom; was de inkoper nog geen duizendpoot, dan moet hij of zij het nu wel worden. Maar ook andersom; als de gemeentelijke inkoper hier niet in meegaat, dan marginaliseert de inkoopfunctie tot bedrijfsvoering of facilitair. En dat zou zonde zijn van de waardevolle competenties van inkopers die zo schaars zijn in het sociale domein.
Grotere rol
Dat de gemeentelijke inkoper een grotere rol krijgt in het sociale domein is niet vanzelfsprekend. De afstand tussen de sociale wetenschappelijke achtergrond van het sociale domein en sterk zakelijke (en soms enigszins juridische) achtergrond van de inkoper is groot. Om dat realiseren kun je denken aan het inrichten van de opdrachtgeversfunctie voor het sociale domein waarin zowel bedrijfskundige expertise als kennis van de materie wordt opgebouwd.
Dit past niet binnen bestaande structuren waarin de inkoper is gepositioneerd bij de facilitaire organisatie. Ook moet de inkoper een proactieve houding hebben. Niet afwachten tot er een vraag komt. Dan kan het wel eens te laat zijn om toegevoegde waarde te bieden.
Ook moet de inkoper af van de juridische inslag en associatie met de ‘politiepet’ van de inkoper. De controlfunctie van de gemeente is er voor om te signaleren of beslissingen passen binnen wet- en (interne) regelgeving en het bestuur weegt af.
Creatief
De inkoper moet er zijn om creatieve oplossingen te ontwikkelen om doelstellingen te realiseren. En niet te vergeten moet de inkoper zich ontwikkelen van inkoper oude stijl naar een brede bedrijfskundige adviseur die meer kan dan een overeenkomst afsluiten. Deze inkoper nieuwe stijl helpt om creatieve oplossingen te bedenken en realiseren in het sociaal domein.
Het rijk verwacht door decentralisaties een grote bijdrage van het gemeentelijke bestuur aan het beheersbaar houden van uitgaven in het sociale domein en tegelijkertijd een kwaliteitsimpuls. Aangezien gemeenten maar weinig zelf uitvoeren, moet de gemeente deze doelstellingen realiseren door goed te sturen op instellingen die het gaan uitvoeren. De opdrachtgeversrol is cruciaal in deze. Als deze rol niet goed is ingevuld, dan lukt het nooit om de doelstellingen van decentralisatie te realiseren.
Om maar even met Obama af te sluiten: Whether we allow ourselves to be shaped by events and history, or whether we act to shape them. En zo is het maar net.
Patrick Tazelaar, directeur Publieke Ordening van Significant.
Geef een reactie