De bestuursrechter kan een schadevergoeding toekennen als een bestuursorgaan persoonsgegevens heeft verwerkt in strijd met privacyregels. Dat geeft de Raad van State aan na vier uitspraken, waar overigens sprake was van ‘slechts’ 500 euro schadevergoeding.
Een gedupeerde hoeft volgens de Raad van State niet altijd naar de burgerlijke rechter om aanspraak te maken op een schadevergoeding als de inbreuk op de privacy wordt gepleegd door een bestuursorgaan, zoals de burgemeester, het college of de raad. Dit kan als gevolg van de AVG sinds 25 mei 2018 ook bij de bestuursrechter.
Die moet voor de schadevergoeding wel de criteria uit het Burgerlijk Wetboek toepassen en de rechtspraak van de Hoge Raad volgen. Voor schadevergoedingen van meer dan 25.000 euro is alleen de burgerlijke rechter bevoegd.
Forum VNG
De Raad van State trekt deze conclusie na vier uitspraken vandaag. Drie zaken gingen over personen van wie gegevens waren geplaatst op het online forum van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), waar gemeenten gegevens uitwisselen in het kader van het voorkomen van misbruik van de Wet openbaarheid van bestuur.
De betrokkenen hadden aan de verantwoordelijke colleges van Borsele, Deventer en Harderwijk geen toestemming gegeven voor verwerking van persoonsgegevens. Dat is desondanks gebeurd. Maar de gemeenten ontspringen de dans en hoeven geen schadevergoeding te betalen. ‘De manier waarop met hun persoonsgegevens is omgegaan, is niet zodanig dat het een aantasting in de persoon is als bedoeld in de wet,’ aldus de rechter.
Schadevergoeding
In de vierde zaak werd wél een schadevergoeding toegekend, van 500 euro dus. Het draaide om een man van wie ten onrechte medische gegevens waren verstrekt aan een tuchtcollege voor de gezondheidszorg. Zijn persoonlijke levenssfeer is volgens de bestuursrechter zo geschonden dat het hier wel een ‘aantasting in de persoon’ is die een schadevergoeding rechtvaardigt.
Het bedrag blijft beperkt, ‘omdat die gegevens alleen terecht zijn gekomen bij een kleine groep professionals met een beroepsgeheim’.
Geef een reactie