Het wereldberoemde Vlaams Friteshuis in de Amsterdamse Voetboogsteeg dreigt te verdwijnen. De gemeente trekt de vergunning in.
Loketverkoop. Daar wringt de schoen. Mensen bestellen wat en wachten even. Vervolgens eten zij een zakje friet in de buitenlucht. En dat mag dus niet meer van de gemeente Amsterdam.
De bijna 65-jarige eigenaar vertelt De Telegraaf dat hij binnenkort met pensioen wilde gaan, maar de zaak door het ontbreken van een vergunning nu onmogelijk kan verkopen. Een openpuivergunning zou uitkomst bieden, maar die wil de gemeente niet verlenen. De toonbank moet daarvoor 80 centimeter naar binnen worden geschoven en de zaak kent slechts een oppervlakte van 10,5 vierkante meter, maar het is te doen.
Dichte deur
Opgelost? Nee. De gemeente Amsterdam eist een dichte deur voor de snackshop. Wie er wel eens is langsgelopen, zal begrijpen dat een dichte deur echter niet mogelijk is. Tientallen klanten staan in de rij. Mensen lopen constant in en uit het beroemde friteshuis. Waarom de gemeente het bestaan van de zaak op deze manier zo goed als onmogelijk maakt, is onduidelijk.
De zaak ligt voor de rechter. Daarom wil Amsterdam niet inhoudelijk reageren op de kwestie.
Geef een reactie