Na twee weken rust laten de transitiecommissie en de patiëntenfederatie al weten dat angstbeelden overdreven zijn, wat voorbarig lijkt. Hoe dan ook blijft er werk aan de winkel. “Maak een transformatieagenda.”
Sinds de transitie zijn er geen acute problemen, zei Han Noten onlangs in het Financieele Dagblad. De voorzitter van de onafhankelijke transitiecommissie, ook burgemeester van Dalfsen, noemt het angstbeeld rond de decentralisatie overtrokken.
Noten krijgt bijval van Wilna Wind, voorzitter patiëntenfederatie NPCF. De federatie heeft sinds de ingangsdatum wel tientallen telefoontjes gehad over de decentralisatie, maar voornamelijk over administratieve onduidelijkheden.
Het is eigenlijk nog te vroeg om nu al een oordeel over de decentralisatie te geven, erkent Noten. “Er zullen gegarandeerd nog dingen spaak lopen in zo’n complex verandertraject. Wij stappen een hele nieuwe wereld in. Er zullen grote verschillen ontstaan tussen gemeentes, en dat is Nederland niet gewend. Dit hoort vanaf nu uitgevochten te worden op lokaal niveau, in de gemeenteraadsverkiezingen.”
Tussenstand decentralisaties
Ook adviesbureau BMC is voorzichtig positief, na eigen onderzoek. Het bureau komt evenwel met een waarschuwing. “Van gemeenten wordt de uiterste inzet gevraagd en in veel gemeentelijke organisaties zijn de grenzen in beeld. Toch is het succes van de hele operatie afhankelijk van de vraag of het lukt om ook in 2015 op volle kracht door te werken aan de transitie en de transformatie.”
Een tussenstand biedt zeven observaties, tevens aandachtspunten:
-
Nog geen transformatieagenda in merendeel van de gemeenten
“Gemeenten hebben geconcentreerd gewerkt aan de transitie; de zorgvuldige overdracht van taken. Voor alle gemeenten geldt echter dat in 2015 richting gegeven moet worden aan de daadwerkelijke omslag. Daarin is in 2015 een plan nodig.” Maak een transformatieagenda, is het dwingende advies. -
Bezuinigingsopgave wordt door scherpe contractering grotendeels ingevuld
“Het merendeel van onze adviseurs (75 procent) schat in, dat ze binnen het macro budget hebben gecontracteerd. Dat betekent dat door de inkoop door gemeenten een belangrijk deel van de bezuinigen kan worden gerealiseerd.” -
Het grootste financieel risico ligt bij de jeugdzorg; interventie op dat terrein is onvermijdelijk
“Daar spelen de volgende elementen:
– Gemeenten beschikken niet over actuele gegevens en daarom ook niet over werkelijke kosten;
– Het budget staat onder druk vanwege de groeiende vraag;
– De druk zal toenemen omdat tegelijkertijd het traject van afschalen snel wordt ingezet en daarmee het beroep op de eerste lijn zal toenemen;voorzien wordt dat sociale teams grote voorzichtigheid gaan betrachten in jeugdzorgvragen om risico’s op ongelukken te voorkomen.” -
Weinig samenwerking in backoffice-taken
“70 procent van de gemeenten heeft de backoffice-taken zelf georganiseerd. Dat betekent dat er een grote diversiteit ontstaat aan uitvoering financieel beheer, ICT-administratie en -registratie. In de kern gaat het in de decentralisaties om andere taken (regie op zorg). De vraag is of hier in 2015 veel risico’s ontstaan, en of efficiency is gediend met de gedifferentieerde aanpak. Mogelijk zal het werk op deze onderdelen de vernieuwingskracht beperken.” -
Sociale wijkteams: het nieuwe toegangsmodel
“Uit de respons blijft dat bijna 90 procent van de gemeenten in een of andere vorm werkt met sociale wijkteams of gebiedsteams.
– Inhoudelijk wordt duidelijk dat in de meeste gemeenten de afspraken met de zorg (huisartsen en inzet wijkverpleegkundige) nog niet operationeel zijn. Daarin ligt een kwetsbaar punt voor de teams;
– Uit de respons ontstaat ook het beeld dat de inbreng vanuit participatiewet en -taken in verhouding beperkt is. De indruk ontstaat dat de aansluiting met de andere terreinen onvoldoende tot stand komt om een daadwerkelijk integrale aanpak te ontwikkelen.” -
Resultaten en monitoring van gebiedsteams nog niet geregeld
In aansluiting op het onderzoek dat we eerder met de Universiteit van Twente deden, zien we het beeld dat in bijna 60 procent van de gemeenten nog geen scherpe afspraken zijn over de prestaties (resultaten) van de gebiedsteams en dat er nog geen heldere afspraken zijn over het meten van de inzet en effecten (monitoring) Naar onze inschatting is dit een onderwerp dat in 2015 met prioriteit moet worden opgepakt.” -
Inzet nulde lijn en informeel circuit wordt niet gemeten
“Uit een specifieke inventarisatie werd duidelijk dat gemeenten niet monitoren hoe de hulp of zorgverlening verloopt op het moment dat die in het informele circuit wordt opgevangen. Daarmee blijft een cruciaal deel van de informatie over de werking van de transformatie, de effectiviteit van de nulde lijn en van het informele sociale circuit, buiten beeld. Zonder aandacht voor dat deel missen we straks informatie om een helder beeld te geven.
Wat te doen?
Begin met een transformatieagenda voor 2015. Houd daarbij zeker rekening met het voorkomen van risico’s binnen de Jeugdzorg, het uitwerken van prestatieafspraken met wijkteams en het in kaart brengen van zorggebruik. Nog iets, volgens BMC? Ja. “Standaardiseer de backoffice.”
Gratis:
Geef een reactie