Door de opheffing van de stadsdelen is de Gemeente Amsterdam honderden stukjes grond, watertjes en gebouwen rijker. De dienst Gemeentelijk Vastgoed bracht het ‘nieuwe’ bezit onlangs in kaart. De gemeenteraad buigt zich er na de zomer over.
De Gemeente Amsterdam was al grootgrondbezitter, maar is sinds de opheffing van de stadsdelen in 2014 eigenaar geworden van nog honderden objecten, watertjes en stukken grond zoals Carré, Molen De Gooyer en de rivier Bullewijk. Volgens Het Parool gaat het om 1400 gebouwen, waaronder cultuurhuizen, sportkantines, een scheepshelling, toiletten, kinderdagverblijven, kantoren, molens, schoolgebouwen, garages en speeltuinen. Door een (wettelijke) erfenis van Napoleon is de stad eigenaar van heel veel (kerk)torens. Die konden in de 18e en 19e eeuw ook dienen als militaire uitkijkpost en schuilplaats bij calamiteiten.
De Amsterdamse gemeenteraad wil na de zomer een beslissing nemen over de portefeuille. Het afstoten van (een deel van) het vastgoed zou de gemeentelijke schuld deels kunnen ledigen. Zogenaamde ‘kroonjuwelen’, historische panden, worden niet afgestoten. Panden met een commerciële functie zullen zoveel mogelijk worden verkocht, conform het gemeentelijk beleid.
Geef een reactie