De nieuwbouw van sociale huurwoningen staat volgens woningcorporaties steeds meer onder druk. De grootste belemmeringen zijn de stijgende bouwkosten en het gebrek aan bouwlocaties. Ook geven gemeenten onvoldoende prioriteit aan sociale woningbouw.
Deze en andere belemmeringen noemen 171 deelnemende corporaties in een enquête van branchevereniging Aedes. De ambitie om de nieuwbouwproductie op te schroeven naar 34.000 sociale huurwoningen per jaar, is volgens de corporaties in gevaar. In 2018 werden zo’n 17.000 nieuwe huizen gebouwd.
Langdurige procedures
Door de langdurige gemeentelijke procedures zoals het verlenen van bouwvergunningen en het aanpassen van bestemmingsplannen liepen geplande nieuwbouwprojecten van corporaties in 2018 vertraging op. De veeleisende ruimtelijke procedures worden genoemd door 43 procent van de corporaties. Een kwart van de corporaties noemt de planuitwerking en 21 procent de krappe bouwmarkt als reden van vertraging.
Gemeentebeleid
De woningcorporaties wijzen in de enquête verder op een gebrek aan bouwlocaties en ‘onvoldoende gemeentelijk commitment’. Een aantal corporaties zegt ‘onvoldoende prioriteit bij gemeenten voor sociale verhuur in het gemeentelijk beleid te ervaren’. Het gaat vooral om de sturing op een percentage sociale huur bij projecten, het grondprijzenbeleid en een proactief grondbeleid. Ook een gebrek aan personele capaciteit aan de kant van de gemeente wordt genoemd.
Maatregelen
Aedes-voorzitter Marnix Norder dringt aan op maatregelen van de overheid: ‘Gemeenten, pak de woningnood aan en zorg voor bouwlocaties. En kabinet, neem de regie en maak harde afspraken met gemeenten over het aantal huizen dat er moet komen. Neem de belemmeringen bij nieuwbouw weg, dan kunnen wij aan de slag. En al die woningzoekenden op de wachtlijst zicht op een woning geven.’
D. Burger says
Grotendeels eens met Werner. Mijn gemeente heeft woningbouwlocaties zat maar projectontwikkelaars en ook woningcorporaties willen het liefst in het weiland bouwen. Dit botst met de Ladder voor Duurzame Verstedelijking waar mijns inziens niets mis mee is. Ook opvallend is dat de (fracties) in gemeenteraden steeds merkwaardiger optreden. In de grote lijn is het credo “Bouwen, bouwen, bouwen!” Maar in de dagelijkse praktijk worden omwonenden bijgestaan in protestacties wanneer woningbouw in de directe buurt van hun huis op stapel staat en het daarom toch maar beter is om kant en klare bouwgrond in te ruilen voor waterpartijen, groensingels en parken. Als planoloog, stedenbouwkundige en vergunningverlener, iets om wild van te worden. Het wordt tijd dat politieke partijen weer bestuurders gaan leveren in plaats van actievoerders en vragenstellers.
Werner says
Als gemeenteambtenaar een paar opmerkingen op bovenstaande artikel. Ik herken het probleem van een gebrek aan beschikbare bouwlocaties. Het is ook van belang om naar de rol van provinciën te bekijken. Een gebrek aan bouwlocaties komt m.i. doordat de focus al jarenlang ligt bij het invullen van (schaarse) inbreidingslocaties. Nieuwe uitbreidingslocaties zijn überhaupt niet aan de orde; om de nieuwbouwproductie te verhogen is het nodig dat provinciën gemeenten meer ruimte geven om te ontwikkelen. Indien een ontwikkeling past binnen het bestemmingsplan is een omgevingsvergunning (bouwvergunningen verlenen we sinds 2010 niet meer) binnen 8 weken verleend. Daar kan je in de planning goed rekening mee houden. Als een ontwikkeling echter niet past binnen het bestemmingsplan kan het inderdaad vaak lang duren; dat komt m.i. niet zozeer door de procedure, maar veel meer door de grote focus van veel gemeenten op bestuurlijke vernieuwingstrajecten, de mate van verweer en de ruimte die bezwaarmakers krijgen van wispelturige gemeenteraden.