Bij graafwerkzaamheden voor de aanleg van een nieuw riool in de binnenstad van Enkhuizen hebben archeologen restanten van woningen uit de dertiende eeuw blootgelegd.
Dit maakte de gemeente Enkhuizen donderdagmorgen bekend.
De archeologen troffen onder een zeventiende-eeuws pand overblijfselen aan van de oudste huizen van de stad. Het ging om vloerresten van verdwenen houten huizen die stammen uit de periode van 1225 tot 1260.
Bij de werkzaamheden zijn de onderzoekers ook gestuit op beerputten in een voormalige haven, die in 1727 werd gedempt. In deze beerputten, die mensen vroeger gebruikten om hun afval te lozen, werd vaatwerk aangetroffen dat een goed beeld geeft van wat Enkhuizenaren in de achttiende eeuw op tafel hadden staan.
Een andere opvallende vondst was een gouden munt uit het begin van de zestiende eeuw. Deze munt is zeldzaam omdat hij tussen 1509 en 1526 is geslagen in Londen ten tijde van koning Henry VIII. Naast deze en andere munten werden metaal, aardewerk, slachtafval, afgekloven botten en versleten leren schoenen aangetroffen.
Volgens de gemeente Enkhuizen verschaffen de vondsten nieuw inzicht in de middeleeuwse ontwikkeling van de stad. Omdat de rioleringswerkzaamheden nog niet zijn afgerond, worden meer vondsten niet uitgesloten. Door de graafwerkzaamheden kunnen onderzoekers van Archeologie West-Friesland op plaatsen komen waar ze anders niet zomaar bij kunnen. De gemeente wil de oudheidkundige schatten in een later stadium tentoonstellen.
Geef een reactie