Een aantal Overijsselse gemeenten starten samen met zorgaanbieders een onderzoek naar de rol van informele netwerken voor mensen met een verstandelijke of psychische beperking.
Het onderzoek wordt uitgevoerd door De Wmo Werkplaats Zwolle (van Hogeschool Viaa) en de Universiteit voor Humanistiek. Met de resultaten ervan kunnen gemeenten en zorgaanbieders het Wmo-beleid de komende jaren verder ontwikkelen.
Het onderzoek wordt uitgevoerd in de gemeenten Zwolle, Kampen, Steenwijkerland, Zwartewaterland, Dalfsen, Ommen, Hardenberg, Raalte en Staphorst. Onderzoekster Femmianne Bredewold: “Als burgers staan we voor een cultuuromslag op weg naar een samenleving waarin geldt ‘meer samenleving, minder professionele zorg.” We willen met dit onderzoek een antwoord krijgen op de vraag hoe informele netwerken van mensen met een verstandelijke en/of psychische beperking in buurt en wijk opgebouwd, versterkt en uitgebreid kunnen worden.”
De RIBW Groep Overijssel levert in Overijssel maatschappelijk georiënteerde en betrouwbare zorg aan mensen met een beperking als gevolg van psychiatrische en/of psychosociale problemen en is één van de deelnemers aan het onderzoek. RIBW GO-bestuurder Aart van Walstijn is voorzitter van de stuurgroep die het onderzoek begeleidt: “De formele ondersteuning zal de komende jaren verder afnemen. Mensen met een beperking zullen voor de dagelijkse zorg en ondersteuning meer afhankelijk zijn van hun eigen kracht en hun sociale netwerk. De netwerken van mensen met een verstandelijke beperking en psychiatrische achtergrond beperken zich echter vaak tot familieleden en sociale professionals, terwijl juist zij vaker hulp en steun nodig hebben. Gedegen onderzoek naar hoe je als professional samen met je cliënt zijn of haar netwerk opbouwt en onderhoudt, is een welkome aanvulling op de praktijk.”
De zorgorganisaties, onderzoekspartijen en gemeenten willen methoden door ontwikkelen, die er op gericht zijn om de netwerken van mensen met een beperking in de buurt en wijk uit te breiden en op te bouwen. Daarnaast worden de ontstane netwerken van mensen met een beperking 3 jaar lang gevolgd om beter zicht te krijgen op de houdbaarheid van deze netwerken en op wat er nodig is aan ondersteuning van sociale professionals, de organisaties waar zij werken en gemeenten om die netwerken te verduurzamen. Het onderzoek loopt tot 2017.
Geef een reactie