Het aantal overnachtingen in hotels, campings, bungalows en b&b’s steeg met bijna 4% in 2015. De toename van de populariteit van steden, regio’s en provincies verschilt echter sterk. Inmiddels ligt het aantal overnachtingen in negen van de twaalf provincies weer boven het niveau van 2012. Dit blijkt uit de ING Toerisme Index
Noord-Holland en Zeeland koplopers
Vooral de sterke groei van het aantal buitenlandse toeristen veroorzaakt regionale verschillen. Noord-Holland en Zeeland zijn allebei populair bij buitenlandse toeristen en realiseerden van 2012 tot en met 2015 de sterkste groei van het aantal overnachtingen. Ook Flevoland lijkt te profiteren van de aantrekkingskracht van Amsterdam en groeit hard qua (zakelijke) overnachtingen. Groningen, Drenthe en Noord-Brabant blijven achter bij de landelijke trend.
De totale markt voor het verblijfstoerisme is tussen 2012 en 2015 sterk gegroeid. Het aantal overnachtingen door buitenlandse gasten steeg met ruim 25% het sterkst, Nederlanders brachten bijna 5% meer nachten door in eigen land. Oost-Nederland is dan favoriet.
Steden
De grote steden weten stuk voor stuk meer toeristen te trekken. Qua hotelovernachtingen staat Amsterdam op eenzame hoogte. In de hoofdstad verblijven ruim acht keer zoveel gasten (12,9 miljoen) als in Rotterdam (1,6 miljoen). De toeristische druk is in Amsterdam veruit het grootst, per inwoner vinden jaarlijks bijna 16 overnachtingen plaats. Op gepaste afstand volgt Maastricht met 8 overnachtingen per inwoner en 930.000 hotelovernachtingen per jaar. In alle grote steden is de toeristische druk in vier jaar tijd toegenomen, in Rotterdam relatief het sterkst.
(Bron: ING Toerisme Index)
Geef een reactie