Om de transitie kans van slagen te geven, moet de transitiemanager een brug slaan tussen burgers, sociale professionals en ambtenaren. “Vanaf het begin gezamenlijk optrekken maakt het eenvoudiger om samen te bereiken wat nodig is.”
Ruimte geven aan het veld is belangrijk om transitie-initiatieven te laten slagen. Dat merkt procesmanager ‘drie decentralisaties’ Banu Him in de gemeente Katwijk. Het is nodig om elkaar te leren kennen voor er aan verbinden en vernieuwen kan worden begonnen, benadrukt Him. “Vanaf het begin gezamenlijk optrekken om te bereiken wat nodig is”, zegt hij tegen Zorg+Welzijn.
In februari van dit jaar organiseerde de gemeente Katwijk een Kick-off met als belangrijkste doel de mensen met elkaar te laten kennismaken en ideeën verzamelen voor de aanpak van de transitie. Dat was nodig, omdat ambtenaren, sociale professionals en burgers elkaar niet vanzelfsprekend tegenkomen.
Transitiemanager
De taak van de transitiemanager is bruggen te bouwen. Him: “Mijn belangrijkste uitgangspunt is daarbij steeds: wat is goed voor de burger?” Dat houdt in ieder geval in dat je luistert naar ieders ervaringen, volgens Him. Daarnaast moet een transitiemanager overtuigingskracht hebben: “Zodat je mensen kunt helpen om tijd te creëren voor de prioriteiten. Wij hebben met partijen gesproken over waar we van dromen. Dat is nuttig, maar daarna moeten de randvoorwaarden gecreëerd worden.”
In dat proces krijgen transitiemanagers met veel verschillende belangen te maken. Om ze daarbij te helpen, hebben vijf organisaties een platform opgezet. De initiatiefnemers zijn de stichting Stimulansz, de organisatie voor sociale diensten Divosa, Landelijk Contact Gemeentelijk Welzijnsbeleid (LCGW), het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) en kennisinstituut MOVISIE.
Ook Him is naar de eerste bijeenkomst van het platform geweest. “Sparren is prettig. Transitiemanagers zitten namelijk in een bijzondere positie.”
Wat het werk vooral inspirerend maakt, is dat Katwijk een zorgzame samenleving is met veel creativiteit. Him: “Sinds de Kick-off zijn er diverse projecten in Katwijk gestart die goed passen bij de ambitie om te verbinden en te vernieuwen” Een concreet voorbeeld is de pilot binnen het platform Wonen Zorg en Welzijn. Het doel van de pilot is om de eigen kracht van de wijk en de burgers te bevorderen. Om dat voor elkaar te krijgen wordt een netwerk van professionals en burenhulp opgezet.
Beperking
Een ander initiatief uit het veld is het wijkservicecentrum Binders. Mensen met een beperking verlenen diverse diensten aan de wijk. Een win-winsituatie, zegt Nico Koutstaal, hoofd dagbesteding van zorgorganisatie Het Raamwerk. “Door bezuinigingen op vervoer is het hard nodig dat Katwijkse cliënten ook in Katwijk dagbesteding zouden krijgen. Met Binders doen we ook allerlei dingen terug voor de buurt.”
Zo lopen deelnemers elke week een vaste route waarbij ze troep in de wijk opruimen. Ze gaan wandelen met mensen met dementie, koken ze voor cliënten, verzorgen mailings voor de bieb of werken in een tuincentrum. Aan vrijwillige deelnemers heeft Binders momenteel geen gebrek, maar het aantal klussen mag van Koutstaal wel hoger. “Daar kan de gemeente misschien bij helpen. Door mensen op ons aanbod te wijzen. En als de transitie definitief is, hopen we natuurlijk op financiering. Volgens mij verdienen we dat, want dit past bij buurtgericht denken, en we leveren allerlei tegenprestaties.”
Geef een reactie