Administratieve lasten in de jeugdhulp zijn toegenomen door de decentralisatie. Met name in het declaratieverkeer tussen zorgaanbieders en gemeenten. Tegelijkertijd zijn de administratieve lasten in de toegang juist afgenomen.
Dit meldt VNG in de ‘Factsheet administratieve lasten in voorbereiding op Algemeen Overleg jeugd’. Hierin vraagt zij – als opmaat naar het debat op 30 juni tussen de Tweede Kamer en minister Van Rijn (VWS) over het jeugdstelsel – aandacht voor alle maatregelen en acties die gemeenten en aanbieders inmiddels al hebben genomen om de administratieve lasten te verlichten.
Verlichting in toegang
Dankzij de vorming van lokale teams in gemeenten, die verschillende disciplines bevatten, zijn de administratieve lasten in de toegang verminderd. Dat komt doordat toegang en eerstelijnszorg op dezelfde plek zijn georganiseerd met korte lijnen. De inzet van lokale teams zorgt ervoor dat medewerkers minder reistijd kwijt zijn en meer tijd overhouden voor daadwerkelijke jeugdhulpverlening.
Declaratieverkeer
De administratieve lasten in het declaratieverkeer tussen aanbieders en gemeenten zijn vooralsnog toegenomen. VNG benoemt de drie voornaamste redenen daarvoor:
1. Jeugdhulpaanbieders hebben sinds begin 2015 veel meer financiers gekregen
Eerder hadden ze met een beperkt aantal verzekeraars, zorgkantoren of provincies te maken. Terwijl het aantal gemeentes waar ze nu mee te maken hebben vele malen groter is. Daardoor zijn ze meer tijd kwijt om rekeningen betaald te krijgen. Desondanks noemt de VNG als groot voordeel van de decentralisatie dat een gemeente (beter dan een centrale financier) met andere partners kan organiseren dat kinderen onnodig of onterecht in voorzieningen terechtkomen, of dat er snel passende zorg voorhanden is.
2. De grote zorgvuldigheid tijdens de overgangsfase (van de decentralisatie)
Om continuïteit van zorg te garanderen hebben gemeenten aanvankelijk de versnipperde bekostiging uit oude stelsels overgenomen. Inmiddels zijn veel gemeenten bezig met vereenvoudiging en ontschotting van de bekostiging. Dat doen ze door aanbieders een totaalbudget te geven zonder verantwoording per product, en door met de cliënt een resultaat af te spreken zonder voor te schrijven wat een aanbieder daarvoor doet.
3. Veel administratieve lasten zijn tijdelijk en komen door de inrichting
Door de grote tijdsdruk waaronder gemeenten en aanbieders zich dienden voor te bereiden op de Jeugdwet, hebben zij zich gefocust op inrichting van de toegang, zorgcontinuïteit en doorvoering van bezuinigingen. De inrichting van het administratieve proces kreeg pas aandacht tijdens het eerste jaar, toen de decentralisatie al een feit was. Veel maatregelen rondom standaardisering zullen pas komende jaren hun vruchten afwerpen.
Programma I-Sociaal Domein
In het programma I-Sociaal Domein, dat nu een half jaar loopt, werken Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en zes zorgbranches Actiz, Branchebelang Thuiszorg (BTN), Federatie Opvang, GGZ Nederland, Jeugdzorg Nederland en Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) samen, ondersteund door VWS. IN het programma hebben gemeenten en aanbieders standaardartikelen voor de inkoop 2017 (en daarna) ontwikkeld om administratieve lasten verder te verminderen. Daarnaast ondersteunt het programma de implementatie in het veld en betrekt bestuurders bij de doelstellingen.
Wat het programma tot heden heeft bereikt:
-Pragmatische oplossing overgangsjaar
De financiële afsluiting van overgangsjaar 2015 was heel lastig. Het programma heeft hiervoor met handreikingen en een landelijk protocol oplossingen aangereikt.
-Uitvoeringsvarianten
De opgedane kennis in het overgangsjaar is verwerkt in 3 uitvoeringsvarianten (inspanningsgericht, outputgericht en taakgericht) met voorstellen voor contractafspraken voor 2017 (en daarna).
-Veilige gegevensuitwisseling
Uitwisselen van gegevens tussen gemeentes en zorgaanbieders gebeurt veilig en efficiënt met de landelijke infrastructuur en het berichtenverkeer voor Wmo en jeugd.
-Privacy
Eind juni zijn er in een manifest afspraken gemaakt over privacybescherming in het jeugddomein tussen gemeenten, jeugdhulpaanbieders, jeugdhulpprofessionals, en medische professionals.
Geef een reactie