Het Rijk dwingt gemeenten tot het plegen van contractbreuk, stelt voorzitter Annemarie Jorritsma van de VNG. “Als er nu nog iets wijzigt, dan doen we het gewoon niet meer.”
De voorzitter is uitzonderlijk slecht te spreken over het paniekvoetbal in de Tweede Kamer.
Het uur U van de grootste bestuurlijke reorganisatie ooit komt in zicht. Toch praat de Kamer vandaag over het verschuiven van de verantwoordelijkheid voor een groep van 10.000 zeer zwaar gehandicapte mensen van de gemeenten naar de nieuwe landelijke Wet langdurige zorg.Voor deze taak was ongeveer 200 miljoen euro gereserveerd. Gemeenten hadden ook al contracten afgesloten voor het werk. Het budget zou nu weer naar het landelijke potje gaan.
“Het Rijk gaat nu geld weghalen dat voor een deel al is uitgegeven”, zegt Jorritsma in Het Financieele Dagblad. “Gemeenten hebben daarvoor zorg ingekocht. Dat geld is geïnvesteerd en er zijn verplichtingen met zorgaanbieders mee aangegaan. Gemeenten plegen contractbreuk als ze nu tegen die zorgaanbieders moeten zeggen dat het toch niet doorgaat.”
Niet uitvoeren
Genoeg is genoeg, wil Jorritsma zeggen. Al jaren weet de nationale overheid te bezuinigen door het decentraliseren van taken naar gemeenten in combinatie met een zogeheten efficiencykorting. Tegelijkertijd weet het Rijk de teugels dan nooit echt los te laten, waardoor die zo gewenste en broodnodige efficiency amper te halen is. “Er komt een moment dat we moeten zeggen: als er nu nog iets wijzigt doen we het gewoon niet meer”, aldus Jorritsma.
Eerder verschenen:
Geef een reactie