“We zijn het nog steeds niet eens met de scheiding tussen persoonlijke verzorging en alle andere taken binnen de Wmo”, zegt Jantine Kriens, voorzitter van de directieraad van de VNG. Hoe het gaat met de transities? “Er is nog veel onzekerheid.”
Het gesprek wordt gevoerd een dag na het wetsvoorstel voor de nieuwe Wmo naar de Tweede Kamer is gestuurd. Verder wordt bekend dat een grote meerderheid van de gemeenten zich niet kan vinden in het overlegresultaat, ook wel zorgakkoord genoemd. “Wij zijn nog steeds niet voor de scheiding van persoonlijke verzorging en de andere taken binnen de Wmo”, laat Kriens weten. “Maar we moesten onze knopen tellen.”
Overleg
Er was weinig ruimte. Staatssecretaris Martin van Rijn wilde verder met de invoering van de nieuwe wet. Ook in de Kamer was een meerderheid bereid de trein te laten rijden, was de inschatting. Meer dan het akkoord zat er niet in. Maar goed, het resultaat van het overleg ging naar de leden. Die lieten vrijdag weten dat het kabinet weer aan zet is.
Kriens opereert in een krachtenveld tussen kabinet, Kamer, achterban en publieke opinie. Vooral tijdens een wetgevingsproces gaat het dan al snel over taken, miljoenen en belangen. Allemaal nodig, weet de voorzitter. “Toch gaat het er bovenal om mensen regie over hun eigen leven te laten houden. Vereenzaming kan bijvoorbeeld heel anders worden opgelost dan nu het geval is. Daar zijn ook al mooie voorbeelden van. Ik wil dit anders organiseren en bij de start van gemeenten horen dat ze klaar zijn voor de nieuwe taken.”
Netwerkorganisatie
Wat voor mens moet je eigenlijk zijn om te werken als voorzitter van de directieraad? Dat verandert in de loop der tijd, zegt Kriens. “Voorheen was dit een veel grotere organisatie. Dan is een andere aansturing nodig.” Momenteel wil de VNG vooral een netwerkorganisatie zijn, wat volgens Kriens goed past bij haar persoonlijkheid. “Ik wil verbinden.”
De vereniging verandert mee met de leden, is de verklaring voor de huidige kijk op de zaak. “Voorheen waren gemeenten vrij piramidale organisaties die veel vanuit de wetgeving opereerden”, zegt de voorzitter van de directieraad. “Nu moeten ook zij steeds meer werken vanuit verschillende netwerken. Het onderwijs is een goed voorbeeld. Gemeenten gaan alleen nog over de huisvesting, maar ook het onderwijs moet in orde zijn.”
Goed onderwijs kan problemen voorkomen waar gemeenten direct verantwoordelijk voor zijn. De openbare orde is gebaat bij kinderen in de schoolbanken in plaats van op de straat met een groot blik energiedrank. Het kan ook helpen de roep om jeugdhulp te verminderen. Er staan kort gezegd minder schotten tussen de verschillende taken van gemeenten en de VNG wil ze helpen om de verbindingen te leggen. Dat vraagt om een minder verkokerde kijk op de zaak.
Maar goed, de vereniging zelf is een mammoettanker.
“Nou, een tanker”, zegt Kriens. “Ergens wel, maar dat zit hem vooral in de achterban van 403 gemeenten, met evenzoveel colleges, gemeenteraden, griffiers en noem het maar op. Dat is de realiteit waarin we ons werk doen.”
Hoe laat je de VNG dan veranderen als voorzitter?
“In ieder geval door vertrouwen te hebben. Ik geef een richting aan en kijk vervolgens of mensen daarin meekomen. Soms gaat dat snel; soms geleidelijk.”
Wat is het verschil tussen deze functie en het wethouderschap, eigenlijk?
“Het is minder politiek. Als wethouder weet je na verloop van tijd best waar de gevoeligheden liggen. Daar houd je dan wel rekening mee. Bij de VNG heb ik meer een adviserende rol.”
U kunt beter ontspannen in deze functie.
“Mijn man zegt dat ik net zo druk ben als voorheen. Verder is het ook bij de VNG politiek en ik werk nog steeds met een agenda die per half uur is ingevuld.”
Heeft u het idee dat samenwerkingsverbanden raadsleden buitenspel zetten?
“Nee, dat zie ik anders. Door het afpellen van wat regionaal en lokaal moet, is het mogelijk de gemeenteraden aan de voorkant te betrekken bij de transities. Als wethouder heb ik bij het organiseren van de GGD gezien dat het kan. Dit vraagt wel een ijzeren discipline bij het proces.
“Ik merk ook dat er veel wordt gesproken over het decentraliseren. Wel moeten we er goed op letten dat er geen democratisch gat valt. Dat moeten we met zijn allen voorkomen. Het is belangrijk om gemeenteraden in hun kracht te zetten “
Komt dat integraal werken nog van grond als het gaat om de Wmo?
“Daar zijn goede afspraken met zorgverzekeraars voor nodig. Als de wijkverpleegkundige deel is van een wijkteam komt veel in de praktijk wel goed, maar de hoogopgeleide verpleegkundige doet ook nog steeds de lichtere zorgtaken. Juist vanuit de ondersteunende begeleiding hadden gemeenten kunnen besparen. Alle medische handelingen moeten natuurlijk worden uitgevoerd door verpleegkundigen, maar voor verder hadden we dit op een andere manier kunnen regelen als dat budgettaire schot er niet had gestaan.”
“Een goede samenwerking met zorgverzekeraars cruciaal om te voorkomen dat mensen straks van het kastje naar de muur worden gestuurd. In de wet is dat nog onvoldoende geborgd. Dat is wel een aandachtspunt. We merken nu dat in sommige regio’s zorgverzekeraars niet in de modus staan om samen te werken met gemeenten.”
Had de VNG het akkoord niet meteen moeten verwerpen?
“Nee, ook omdat we de publieke opinie tegen ons hadden. Het idee was toch dat mensen geen gekwalificeerd persoonlijk meer over de vloer kregen. Onze visie blijkt lastig voor het voetlicht te krijgen. We hebben onze bestuurlijke verantwoordelijkheid genomen. Vervolgens was het aan de leden.”
Maar hadden jullie niet op voorhand eisen moeten verbinden aan de overheveling van taken?
“Dat is lastig. Het pleidooi voor de transities kwam van de gemeenten zelf. Vervolgens gingen daar twee regeerakkoorden overheen met grote bezuinigingen op het sociaal domein. Die waren gigantisch, maar in deze tijd wel begrijpelijk. Daarna ga je een wetgevingstraject in en dan zie je dat er minder ruimte is voor je wensen, ondanks een stevige resolutie.”
Is er nog een deadline om te zeggen, we doen het toch niet?
“De bedoeling is dat de wetgeving voor de zomer is afgerond; anders heeft ook de wetgever een probleem. Momenteel is helaas nog veel onduidelijk.”
Gaat het eigenlijk alleen nog over decentralisaties?
“Nee. Een onderwerp als veiligheid blijft een belangrijk thema. Ook de Omgevingswet is een goed voorbeeld. Is privaat bouwtoezicht een goed idee? Dat soort vragen. Wij volgen dat scherp, want dit soort toezicht moet niet diffuus zijn. We zijn in principe niet tegen privatisering van het bouwtoezicht maar vinden wel dat dit op een doordachte en verantwoorde manier moet gebeuren. “
U heeft genoeg te doen?
“Dat kan je wel zeggen, ja.”
Geef een reactie