Betrokkenheid tonen. Horen wat er speelt. Maatwerk leveren. Praten met bewoners kent veel voordelen. Maar hoe doe je dat op een effectieve en vooral originele manier? Hier een aantal praktijkvoorbeelden van gemeenten die de deur openzetten en naar de inwoner toekomen deze lente.
Tour de Wijk
In Rotterdam is de Tour-de-Wijk gestart. Wethouder Barbara Kathmann bezoekt de 32 wijken, als vervolg op eerdere bezoeken aan 14 gebieden. Bewoners leiden haar rond. Doel van de bezoeken is het gesprek aan te gaan. Iedere wijk is tenslotte anders en heeft zijn eigen problemen: dat vergt een specifieke aanpak, zo schrijft de gemeente.
Volgens de wethouder is de drempel van het stadhuis voor Rotterdammers nog te hoog. ‘Daarom is het zo belangrijk dat de gemeente zichtbaar en betrokken is, naar bewoners luistert en hen helpt.’
De wethouder praat met bewoners, ondernemers, initiatiefnemers en de leden van de gebiedscommissie, wijkraad of het wijkcomité. Over wat goed gaat, wat beter moet en over ideeën en initiatieven die er zijn in het gebied. Als er onderwerpen spelen die de portefeuille raken van collega-wethouders, dan kan die collega aansluiten.
De tour is onderdeel van de Rotterdamse campagne: De stad = van ons. Die moet Rotterdammers meer bewustmaken van de mogelijkheden om zelf mee te doen, te denken en mee te beslissen over hun omgeving. Een onderwerp waarmee gemeenten steeds indringender te maken krijgen, onder andere via de Omgevingswet.
Haags bakkie
Het Haagse BuurtBakkie is een camper die de gemeente inzet om buurtbewoners te helpen en contacten te leggen. De gemeente wil ‘sterke sociale buurten, goede netwerken en de inzet van bewoners vanuit de buurt zelf’. Om dit voor elkaar te boksen, zijn ontmoetingen met je buren belangrijk, aldus Den Haag.
De camper helpt daarbij: de sociale basis versterkt door simpelweg naar bewoners toe te gaan. Wie iets wil vragen of weten, een klacht of idee heeft, of zin heeft in koffie of thee, kan bij het BuurtBakkie terecht. De camper staat wekelijks in verschillende wijken, tot 1 mei bijvoorbeeld in stadsdeel Haagse Hout.
Spreekuur met B en W
Veel gemeenten houden een spreekuur met burgemeester en wethouders. Dit jaar gaan B en W van Zevenaar eens per vier weken op bezoek in een van de dorpen, kernen en wijken binnen de gemeente. Ze maken een rondje door het gebied, georganiseerd door dorps- en wijkraden. Daarna kunnen inwoners, op een locatie die vooraf bekend wordt gemaakt, vragen stellen of informatie uitwisselen met de bestuurders.
Het doel is ook hier: op een makkelijke manier in gesprek komen over zaken die in een buurt spelen. Daarnaast houdt de burgemeester sinds 2018 maandelijks een inloopspreekuur op het gemeentehuis. Na aanmelding kan een inwoner ongeveer tien minuten overleggen met de burgervader. Omdat het spreekuur goed wordt bezocht, blijft dit een vast onderdeel op de agenda van de burgemeester.
In Oldebroek worden inwoners uitgenodigd voor een gesprek met het college. Op afspraak, zo geldt ook hier, kan men terecht voor het aandragen van ideeën en het aankaarten van problemen of verbeteringen.
Haarlemmers die iets op hun lever hebben, kunnen een aantal keer per jaar op een wisselende locatie binnenlopen op een spreekuur met bestuurders van de gemeente.
Drempel voordeur?
In Beuningen komt het college zelfs aan huis. Wie een persoonlijk gesprek met de burgemeester of een van de wethouders wenst, kan de bestuurders uitnodigen. Toch lijkt de drempel van de eigen voordeur ook hoog, wellicht nog hoger dan bij het gemeentehuis.
Volgens Maartje Radsma, beleidsmedewerker bewonersbetrokkenheid, heeft burgemeester Daphne Bergman een ‘aantal verzoeken’ gehad toen ze net aantrad, daarna is slechts één uitnodiging voor een koffiemoment binnengekomen. Hoe kan dat?
Geef een reactie