In bijna alle gemeenten zijn teams gevormd waar burgers terecht kunnen met hun vragen en (lichte) ondersteuning op maat wordt geboden. De basis is op orde. Onderzoek laat echter zien dat de integrale werkwijze nog in de kinderschoenen staat en dat nieuwe arrangementen slechts mondjesmaat te vinden zijn.
Sociale teams, die in verschillende vorm in negentig procent van de gemeenten zijn ingevoerd, vormen voor de meeste gemeenten het hart van de transformatie. Daar wordt het contact met de burger gelegd en worden vernieuwende arrangementen ontwikkeld met zorgaanbieders. Langs die weg wordt in de teams ook bepaald welke kosten aan een traject zijn verbonden en welke bezuinigingen worden gerealiseerd. Tenminste dat is het eindbeeld.
Adviesbureau BMC heeft 7 observaties vastgelegd na een rondgang langs gemeenten en wijkteams. Het bleek dat teams zijn ingericht en de toegang is neergezet, maar dat gemeenten nog nauwelijks zicht hebben op de effectiviteit en kosten van de nieuwe aanpak en nieuwe vormen van bekostiging ontbreken nog. Er wordt nog nagedacht over taakopvatting en reikwijdte en ook een definitieve organisatievorm is vaak nog niet gekozen. Daarnaast spelen er volop thema’s rond scholing van personeel, het inregelen van werkprocessen en het organiseren van herindicaties.
Toegang is belangrijk
Het onderzoek laat zien dat de kerntaak van de meeste sociale teams in de praktijk is gericht op informatie, advies en vraagverheldering. Daarmee ontwikkelen de teams zich in de praktijk op de kernfunctie toegang. Veel minder zijn ze de uitvoerder van trajecten. Ze zijn gericht op kortdurende ondersteuning. Echter, het direct bieden van generalistische ondersteuning om problemen snel op te pakken en op te lossen zou in veel gevallen een beroep op andere specialistische (duurdere) hulpverlening kunnen voorkomen.
Gemeentelijke doelgroepkeuze lijkt structureel te worden
De sociale teams zijn in de praktijk voor meer dan de helft georganiseerd per doelgroep (ouderen vs. jeugd). Met die keuze is impliciet ook minder invulling gegeven aan de integrale aanpak en werkwijze binnen het sociaal domein. Oorspronkelijk was de wens in veel gemeenten om juist de toegang integraal te maken voor inwoners van 0 tot 100 jaar. Dat zou leiden tot een samenhangend beeld van de vrager en tot ruimte om tot samenhangende arrangementen te komen. Het is belangrijk is om deze keuze te evalueren in het najaar van 2015 en om dan te besluiten hoe de teams verder worden ingevuld.
Te weinig verbinding. Transformatie kan niet zonder burgers
In slechts twintig procent van de plannen wordt een verbinding gemaakt met informele netwerken en buurtinitiatieven. Blijkbaar vraagt de aansluiting tussen sociale wijkteams en de nulde lijn een extra inzet en is het niet vanzelfsprekend dat professionals uit de teams de netwerken uit de samenleving weten te benutten. Dat deze verbinding van cruciale betekenis is voor de transformatie staat buiten kijf. Transformeren kan niet zonder burgers.
Sturing op innovatie in combinatie met kostenbeheersing ontbreekt
In twintig procent van de gemeenten wordt gemonitord op vernieuwing in arrangementen. Wordt er meer gestuurd op eigen oplossingen en worden algemene voorzieningen beter benut dan onder andere de thema’s. Of deze nieuwe werkwijze ook kostenbesparend is, hebben ook deze gemeenten nog nauwelijks in beeld. Of het nieuwe samenspel tussen nulde, eerste en tweedelijn echt werkt, weet nog niemand.
Definitieve organisatievorm van sociale teams nog niet geregeld
Een belangrijk thema is de vraag hoe gemeenten invulling geven aan de sturende en regisserende rol. In tweederde van de situaties zijn gemeenten zelf de organisator en coördinator van de uitvoering van sociale wijkteams. Deze situatie is ontstaan omdat op korte termijn regelingen moesten worden getroffen. Een actieve gemeentelijke inzet maakt het mogelijk om de organisatie van de teams snel en goed op te pakken. In de praktijk zijn er nog weinig voorbeelden (negen procent van de gemeenten) van het organiseren in een nieuwe uitvoeringsorganisatie, waarbij de gemeente veel meer de rol van regisseur en opdrachtgever kiest.
Participatie buiten beeld van sociale teams
Opvallend is dat de inzet vanuit de gemeentelijke uitvoering zelf op het terrein van participatie achterblijft in veel sociale teams. Mogelijk is die ontwikkeling te verklaren uit het feit dat de participatiewet een eigen ontwikkeltraject kent. Een andere mogelijke oorzaak is dat gemeentelijke organisaties meer ruimte krijgen om ‘buiten schot’ te blijven en minder geneigd zijn om aan te sluiten bij de sociale teams
Herindicaties remmen de vernieuwing
In de tweede helft van 2015 zal de werkdruk in de sociale teams fors toenemen. Een van de oorzaken is dat bestaande indicaties aflopen en er vanuit de sociale teams aan de slag moet worden gegaan met de beoordeling van hulp; zorg- en ondersteuningsvragen. De inschatting is dat veel gemeenten die werkzaamheden beschouwen als ‘last’ en proberen om die herindicaties op een heel praktische manier snel weg te werken door (snel) nieuwe indicaties af te geven.
Verdere resultaten en conclusies >> Zeven observaties bij uitvoeringspraktijk van sociale teams van BMC Advies
Geef een reactie