Er blijven bezwaren kleven aan de aangepaste ‘spoedwet’ die het coronabeleid voor een langere periode moet vastleggen. Dat stelt de Raad van State, die zich onder meer uitspreekt tegen een strafblad voor overtreders.
Op coronaboetes volgt vrijwel altijd automatisch een strafblad. Dat is al het geval sinds de start van het beleid, zoals Gemeente.nu eind maart opmerkte. Het kabinet wil aan deze koers vasthouden, maar de hoogste wetgevingsadviseur maakt daar dus korte metten mee.
Strafblad ’tast draagvlak aan’
Een strafblad als sanctie ’tast het draagvlak voor de wet aan’ en zou daarom overboord moeten, schrijft de Raad over de zogenoemde aantekening in de justitiële documentatie. De kritiek werd maandag openbaar, tegelijk met het definitieve wetsvoorstel van minister De Jonge van Volksgezondheid voor de coronawet.
Eerder bemoeide de Tweede Kamer zich ook al met de ‘disproportionele’ sanctie. Een aangenomen motie om uitzonderingen hierop toe te staan, zou het kabinet echter niet volledig kunnen uitvoeren.
Bijzondere omstandigheden
De Raad gaat nog een stap verder dan de Kamer en pleit voor een algehele uitzondering, met een beroep op ‘bijzondere omstandigheden’ vanwege het coronavirus. Het kabinet ziet zoals eerder gesteld juist géén reden voor een uitzondering.
Een milde aanpak in dit geval zou leiden tot ‘ongelijkheid ten aanzien van andere, vergelijkbare overtredingen en daarmee ook tot ongelijke behandeling van overtreders,’ schrijft De Jonge in de toelichting op het wetsvoorstel.
Het kabinet beperkte eerder wel de mogelijke gevolgen voor toekomstige sollicitaties van overtreders. Daaraan wil De Jonge vasthouden, maar verdere versoepeling wijst hij van de hand. Dit betekent dat één aantekening voor een coronaboete in principe géén reden mag zijn tot weigering van een verklaring omtrent het gedrag (VOG).
Uitzondering blijft beperkt
Zo’n VOG is nodig voor bepaalde beroepen, de toetsing is afhankelijk van de functie. Maar op de uitzondering gelden alweer uitzonderingen: het strafblad wordt dan toch meegewogen. Zo kan het alsnog een obstakel vormen om aan de slag te gaan als buitengewoon opsporingsambtenaar en bij het openbaar ministerie of de Dienst Justitiële Inrichtingen.
Dit heeft te maken met de ‘geloofwaardigheid van de functie’, legt De Jonge uit. Ook de politie kan besluiten een aantekening wegens een coronaboete niet te negeren bij sollicitanten. De praktische betekenis van de uitzonderingsgrond lijkt hiermee grotendeels uitgehold.
Massieve weerstand coronawet
Voor het kabinet is de nieuw ingediende coronawet een herkansing. De eerste versie werd tijdens een consultatie door meerdere partijen aan flarden geschoten en maakte een golf van protest los. De wet zou van meet af aan bedoeld zijn om het beleid in overeenstemming te brengen met de Grondwet, maar dat werd niet zo gezien.
De uitwerking stuitte op bezwaren van onder anderen hoogleraar staatsrecht Wim Voermans, die het ondemocratische karakter hekelde. Hij zou gemeenten hun bevoegdheden willen teruggeven. Sinds het uitbreken van de coronacrisis is lokale zeggenschap overgeheveld naar de minister en veiligheidsregio’s. Die structuur wijzigt niet in het nieuwste wetsvoorstel. Gemeenteraden krijgen wel meer mogelijkheden om een controlerende rol te spelen.
Wet beperkt tot half jaar
De Jonge voerde in zijn wetsvoorstel enkele aanpassingen door naar aanleiding van eerdere kritiek van de Raad van State. Zo gaat de wet niet gelden voor een jaar, maar een half jaar in beginsel. Ook is handhaving bij mensen thuis niet meer aan de orde. De corona-app hevelt De Jonge over naar een apart wetsvoorstel.
Francinia says
Als iemand inentingen weigert voor zijn kinderen is hij niet strafbaar. Maar als hij zijn mondkapje vergeet wel? Dan kan hij sommige functies vergeten. Belachelijk. En juist functies waar we een zwaar tekort aan werkkrachten hebben.
Net zo idioot vind ik het feit dat gemeenten voor allerlei kosten opdraaien, geen steun krijgen, verantwoordelijk zijn voor enorm veel, maar geen zeggenschap terug krijgen. Deze wet maakt de afstand tussen regering en volk alleen maar groter.