Raadsleden zijn tijdens de huidige zittingsperiode drie keer zo vaak bedreigd als in de termijn daarvoor. Waar dit in 2015 nog 5 procent van de raadsleden betrof, heeft inmiddels 15 procent te maken met intimidatie. Landelijk gezien komt dat neer op ongeveer 1200 lokale politici.
Dit blijkt uit onderzoek van de NOS en de Nederlandse Vereniging van Raadsleden onder de meer dan 8000 volksvertegenwoordigers in het land. In totaal vulden 1626 mensen de vragenlijst in. Een kwart van de belaagde raadsleden geeft aan dat de bedreigingen hun functioneren beïnvloeden. In 2015 was dit nog 15 procent.
Hondenpoep door de brievenbus
De raadsleden geven in het onderzoek ook voorbeelden van intimidatie, waaronder doodsbedreigingen. Vaak gaat dit per mail of brief, maar ook telefonisch en op straat, zelfs in het bijzijn van partner en kinderen. De slachtoffers hebben daarbij te maken met acties als ramen ingooien, klemzetten bij de supermarkt, een auto die herhaaldelijk wordt bekrast en hondenpoep door de brievenbus.
De aanleiding is heel divers. Het kan gaan om de aanleg van windmolens of zonneparken, de komst van een asielzoekerscentrum, de discussie omtrent zwarte piet of plannen voor nieuwbouw.
Zo schrijft een raadslid uit Noord-Brabant: ‘Ik ben bedreigd op het schoolplein in aanwezigheid van mijn kinderen vanwege een kwestie rond de verplaatsing van een varkensstal’. Een raadslid uit een middelgrote gemeente in Drenthe zegt bijvoorbeeld: ‘Klemgezet in de supermarkt en met de dood bedreigd waar mijn vrouw bij was.’
Intimidatie vanuit het college
Van alle raadsleden die hebben gereageerd, was 70 procent man en 30 procent vrouw. Dat is in lijn met de verhouding in de gemeenteraden. Opvallend is wel dat vrouwen relatief meer bedreigd en geïntimideerd worden dan mannen. Een ander opvallend feit is dat verschillende raadsleden zeggen last te hebben van bedreiging en intimidatie vanuit het eigen college. Raadsleden in onder andere Hollands Kroon, Den Helder, Zaanstad, Diemen en Friese Meren hebben dit zo ervaren.
Digitaal vergaderen is minder leuk
Uit het onderzoek blijkt verder dat de raadsleden hun werk minder plezierig vinden, omdat ze door de coronamaatregelen al een tijd niet fysiek bijeen kunnen komen. Maar liefst 82 procent stelt dat het werk minder leuk is geworden door het digitaal vergaderen. Het contact met anderen wordt gemist en beperkt zich tot functionele online afspraken.
Wensen voor de toekomst
Dat de meeste raadsleden zich desondanks herkiesbaar stellen, komt doordat ze het raadswerk uiteindelijk heel bevredigend vinden. Zo is bijna twee derde (64 procent) zeer tevreden onderaan de streep, en nog eens 21 procent redelijk tevreden met wat ze hebben bereikt. Wensen voor de toekomst zijn er ook: de raadsleden zouden graag een hogere vergoeding, meer scholing en meer ondersteuning willen ontvangen.
Geef een reactie