Een regionale aanpak van oude bedrijventerreinen is nog niet in alle Randstadprovincies doorgevoerd. Om verrommeling tegen te gaan waren afspraken gemaakt over samenwerking, waarover provincies de regie hebben.
Dat blijkt uit onderzoek van de Randstedelijke Rekenkamer naar de opvolging van het Convenant Bedrijventerreinen 2010-2020 dat het Rijk, gemeenten en provincies vorig jaar afsloten. Aanleiding voor het Convenant was de groeiende onvrede over de wildgroei van nieuwe terreinen en verloedering van de oude.
Lokale aangelegenheid
In alle Randstadprovincies kan de regie op de aanpak van oude bedrijventerreinen in wisselende mate worden verbeterd. De provincies wijken in de aanpak op verschillende punten af van het Convenant. Zo is in geen van de provincies precies duidelijk welke bedrijventerreinen wanneer worden opgeknapt. Als argument hiervoor geven de provincies onder andere aan dat dit vooral een lokale aangelegenheid is. Het bewaken van de voortgang door de provincies wordt hierdoor echter bemoeilijkt.
Financiering
De Rekenkamer heeft ook de financiering van het opknappen van de bedrijventerreinen onderzocht. Daaruit blijkt dat deze nog niet rond is en dat de provincies grondprijsbeleid en (regionale) verevening – zoals het gebruiken van opbrengsten uit de aanleg van nieuwe bedrijventerreinen voor het opknappen van oude terreinen – niet in hun financieringsopzet hebben meegenomen.
Slechts in een aantal regio’s wordt regionale verevening toegepast of wordt hieraan gewerkt. Het opknappen van oude bedrijventerreinen wordt vooralsnog voor het grootste deel met overheidsgeld gefinancierd. De provincies geven aan dat de mogelijkheden voor grondprijsbeleid en regionale verevening beperkt zijn. De Randstedelijke Rekenkamer beveelt de provincies aan om ook alternatieve financieringsmogelijkheden te onderzoeken. In het gebied rond het Noordzeekanaal wordt bijvoorbeeld de mogelijkheid onderzocht van het invoeren van erfpacht.
Convenant
Met de ondertekening eind 2009 van het Convenant Bedrijventerreinen 2010-2020 is een nieuwe weg ingeslagen om de herstructurering van bedrijventerreinen aan te pakken. In het Convenant is vastgelegd dat gemeenten samenwerken op het gebied van bedrijventerreinenbeleid. Regionale samenwerking draagt bij aan efficiënter ruimtegebruik en is van belang voor een optimale, financiële bijdrage van marktpartijen en gemeenten aan de herstructurering van bedrijventerreinen.
In het Convenant is verder vastgelegd dat de provincies de regisseur zijn van het provinciale en interregionale bedrijventerreinenbeleid (voor zowel nieuwe als bestaande bedrijventerreinen) en er op toezien dat de gemeenten samenwerken.
Geef een reactie