Zoals bekend heeft André Rouvoet een visie op de transitie van de Jeugdzorg. “Eventuele knelpunten zijn het resultaat van maatwerk, waar het juist om te doen is.”
Oud-minister van Jeugd en Gezin André Rouvoet legde tijdens het gisteren gehouden congres over integrale Jeugdzorg uit dat hij daar niet zou spreken als voorzitter van Zorgverzekeraars Nederland. Toch heeft Rouvoet wel een mening over de jeugd-GGZ, die deels onder de Zorgverzekeringswet valt.
De voorzitter benadrukt te spreken op persoonlijke titel als hij zegt dat bezorgd is over het overhevelen van dit zware deel van de Jeugdzorg. Niet alleen als het gaat om het budget voor het werk, ook omdat Rouvoet bang is dat het in gemeenten ontbreekt aan kennis van de geestelijke gezondheidszorg voor jongeren. “Het is de vraag of dit wel verstandig is.”
Meer tijd
Rouvoet kreeg geen opvolger met een takenpakket gericht op jongeren en hun gezin. “Een dergelijke minister had zich kunnen inzetten voor de integraliteit van deze transitie.” In mijn tijd was ook besloten dat de eerste gemeenten deze taak in 2018 zouden uitvoeren. Later zouden anderen volgen. Koplopers zouden dus eerder van start gaan. Dat was het oorspronkelijke idee. Vandaar dat ik heb gezegd dat gemeenten best wat meer tijd mogen hebben, en bekijk dit in samenhang met de andere transities.”
Rouvoet pleit voor een geleidelijke overgang van de taak op basis van de inhoud. “Dan moet je dus kijken of dit allemaal ineens moet. Ik zeg niet dat we het allemaal moeten opschorten, maar ik waarschuw ervoor dat we brokken maken.”
Maatwerk
“De keus om het bij gemeenten neer te leggen impliceert dat zij hun keuzen maken over het werk, maar de Tweede Kamer zal spoedebatten houden als er lokaal een probleem is. Dat debat hoort dus thuis in de gemeenteraad. Eventuele knelpunten zijn het resultaat van maatwerk, waar het juist om te doen is.” Ook waarschuwt Rouvoet voor de positie van Centra voor Jeugd en Gezin in de nieuwe Jeugdwet. “Laat de lokale overheid besluiten over de rol van de centra”, is het advies.
Dan nog de vraag hoe het zit met zware cases en de verdeling van het budget binnen een regio. Zal dat gaan zoals het vaak gaat met de centrumgemeenten, die een potje beheren en het buurgemeenten moeilijk maken? “Dat is niet te volledig uit te sluiten, maar als ik zie hoe de Vereniging van Nederlandse Gemeenten hiermee bezig is, heb ik goede hoop dat samenwerkende gemeenten op dit gebied solidair zijn met elkaar.”
Geef een reactie