De Raad van State heeft kritiek op het besluit van het kabinet om de tijdelijke crisis- en herstelwet permanent te maken.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft op 7 oktober 2011
advies uitgebracht over het voorstel van wet tot wijziging van diverse
wetten in verband met het permanent maken van de Crisis- en herstelwet
door deze te verankeren in de reguliere wetgeving en enkele andere
verbeteringen van het bestuursrecht en omgevingsrecht. De regering heeft
dit advies op 4 januari 2012 openbaar gemaakt.
Uit het advies valt op te maken dat de Raad van State grote bedenkingen om de Crisis- en herstelwet nu (al) definitief te maken. Dat is te vroeg, niet doordacht genoeg en met te veel ongewenste neveneffecten.
Algemene adviesopmerkingen
In het advies komt naar voren dat:
• het wetsvoorstel een andere doelstelling heeft dan de Chw en dat
niettemin de Chw thans zonder nadere probleemanalyse en motivering
permanent wordt gemaakt;
• de mogelijkheden om door wetgeving bij te dragen aan versnelling
van ruimtelijke projecten beperkt zijn, omdat de belemmeringen in de
voortgang van deze projecten vaak met de uitvoering te maken hebben;
• over de effecten van de Chw nog maar heel weinig bekend is, omdat de voorziene evaluatie van die wet niet is afgewacht;
• een analyse ontbreekt over de effecten van het wetsvoorstel, in het
bijzonder ten aanzien van de rechtspositie van burgers, de
rechtszekerheid en de rechtsgelijkheid;
• een tweedeling dreigt te ontstaan tussen het ruimtelijke bestuursrecht
enerzijds en het overig bestuursrecht anderzijds, waarbij de inhoud en
omvang van die tweedeling bij algemene maatregel van bestuur worden
bepaald;
• het wetsvoorstel volgt op een aantal, eveneens ingrijpende en recent
ingevoerde wetswijzigingen. Het voorstel draagt daarmee niet bij aan de
continuïteit van het wettelijke kader die voor de praktijk (burgers,
bedrijven en overheden) hoogstnoodzakelijk is;
• er sterke aanwijzingen zijn dat het wetsvoorstel het bestuursrecht en
het omgevingsrecht niet vereenvoudigt, maar ingewikkelder maakt en
derhalve de praktijk met nieuwe interpretatieproblemen en extra lasten
belast, en
• het wetsvoorstel vooruitloopt op de onlangs aangekondigde algehele
herziening van het omgevingsrecht die volgens de regering in 2013 haar
beslag moet krijgen en dat niet duidelijk is hoe het wetsvoorstel zich
hiertoe verhoudt. Hetzelfde geldt mutatis mutandis voor de voorgestelde
Wet natuur.
Opmerkingen over afzonderlijke bepalingen
Naast de meer algemene adviesopmerkingen heeft de Raadvan State onder meer bedenkingen tegen de voorgestelde
bepalingen over het feitenonderzoek na vernietiging, de uitbreiding van
de vergewisplicht, en de beperking van het beroepsrecht van decentrale
overheden. En ook zijn er bedenkingen bij de
versnelde behandeling, de omgevingsvergunning-plus, beroep in één
instantie, projecten met nationale betekenis en de Natuurbeschermingswet
1998.
Geef een reactie