De Tweede Kamer heeft dinsdag ingestemd met de spreidingswet, die moet zorgen voor een eerlijke verdeling van asielzoekers over gemeenten. De VNG is positief over de laatste aanpassingen en de aanname van de wet. De laatste hobbel is de Eerste Kamer.
Vorige week tekende zich die meerderheid al af, na een tweedaags debat over de politiek gevoelige wet, waarvan de behandeling al meerdere keren was uitgesteld. Of de wet ook door de Eerste Kamer komt, blijft echter spannend. In de Eerste Kamer zijn nu 37 senatoren tegen en 36 voor. Het standpunt van 50Plus en OPNL is straks doorslaggevend. Beide fracties hebben nog geen standpunt bepaald, laten zij desgevraagd aan het ANP weten.
Het is daarnaast onzeker of het wetsvoorstel van VVD-staatssecretaris Van der Burg (Asielzaken) nog voor de verkiezingen van de Tweede Kamer in de senaat wordt behandeld. Als dat niet gebeurt, ligt het voor de hand dat de opvang van asielzoekers een belangrijk onderhandelingspunt zal worden bij de formatie van een nieuw kabinet.
Eindelijk schot in het proces
De VNG is blij dat er met de aanname van de wet ‘eindelijk schot komt in het proces om te komen tot de noodzakelijke eerlijke verdeling van de opvang van asielzoekers onder gemeenten’. De geamendeerde spreidingswet kan volgens de gemeentekoepel niet alleen zorgen voor een eerlijke verdeling van het aantal asielopvangplekken, maar ook voor meer solidariteit onder gemeenten.
Beter uitvoerbaar en uitlegbaar
Op voordracht van het CDA is de spreidingswet aangepast op de verdeelsystematiek en de verlenging van de aanmeldtijd voor gemeenten. Daarmee is de VNG ervan overtuigd dat de wet beter uitvoerbaar en uitlegbaar is voor gemeenten dan het oorspronkelijke wetsvoorstel.
In het huidige voorstel blijft het tweefase verdelingssysteem overeind, maar de verdeling van opvangplaatsen voor provincies en gemeenten is wel in één keer duidelijk. Daarbij krijgen gemeenten aan de Provinciale Regietafel (PRT) meer ruimte en tijd om zelf opvangfaciliteiten te organiseren onder meer doordat de vrijwillige fase verlengd is naar 1 november 2024 en de opgave al aan de voorkant duidelijk is. Pas als dan blijkt dat er onvoldoende plekken zijn, kan de minister interbestuurlijk toezicht toepassen.
Moties
PVV en JA21 (tegenstanders van de wet) probeerden via moties alsnog het dwangelement uit de wet te halen. Als gemeenten blijven weigeren asielzoekers op te vangen, worden zij volgens de wet daartoe verplicht. De motie werd verworpen. Ook een motie om een asielstop in te voeren, haalde het niet.
De Kamer steunde wel een motie van CDA en VVD om de opvang van kansarme asielzoekers te versoberen, evenals de motie van deze twee partijen om vast te leggen dat mobiele telefoons van asielzoekers mogen worden uitgelezen om het asielrelaas te toetsen. De Kamer wil ook dat het kabinet een einde maakt aan het schriftelijk horen van kansrijke asielzoekers. Er moet altijd een fysiek verhoor plaatsvinden.
Eisen gemeenten vervallen
Gemeenten mogen wat de Kamer betreft geen eisen meer stellen aan welke mensen zij wel en niet opvangen. Sommige gemeenten willen bijvoorbeeld wel gezinnen, maar geen alleenstaande mannen onderdak bieden. Een motie van D66 en GroenLinks-PvdA kreeg voldoende steun.
Effect pas over jaar merkbaar
Als de wet wél in de Eerste Kamer wordt behandeld en aangenomen, treedt die hoogstwaarschijnlijk per 1 januari 2024 in werking. Evengoed zal het nog een jaar duren voordat de wet effect zal hebben. Tot die tijd blijft het voor Van der Burg en zijn eventuele opvolger in een nieuw kabinet, een grote opgave een plek voor alle asielzoekers te vinden.
Extra opvangplekken
De laatste weken is de drukte bij het aanmeldcentrum in het Groningse Ter Apel weer enorm toegenomen. Met veel moeite kunnen nieuwe asielzoekers momenteel ergens in het land worden opgevangen. Van der Burg deed recent tot tweemaal toe een dringend beroep op gemeenten om snel opvangplekken voor asielzoekers te regelen. Nog dit jaar zijn 8400 extra opvangplekken nodig, zei hij afgelopen vrijdag.
Geef een reactie