Vier Zuid-Hollandse gemeenten moeten het plaatsen van windturbines alsnog mogelijk maken. Dat heeft Gedeputeerde Staten besloten.
Volgens het bestuur van Zuid-Holland weigeren de gemeenten Papendrecht, Alblasserdam, Midden-Delfland en Westland in hun bestemmingsplannen ruimte te maken voor windturbines. Dat is een doorn in het oog van de provincie, die met het Rijk afspraken heeft gemaakt over het vermogen in windenergie dat moet worden opgewekt.
De Gedeputeerde Staten besloten daarom de dwarsliggende gemeenten buitenspel te zetten. ”Met een inpassingsplan maakt de provincie de aangewezen locaties voor windenergie ruimtelijk zelf mogelijk,” meldde het dagelijks bestuur. Vertraging zou geen optie zijn, omdat de afspraken met Rijk anders niet nagekomen kunnen worden.
Vanuit de gemeenten is met verbijstering gereageerd op het besluit. Ze vrezen voor overlast. ”Naast visuele hinder kunnen windturbines ook voor slaghinder, lichthinder en geluidhinder zorgen,” klaagt de gemeente Alblasserdam. Ook Papendrecht is ontevreden.
Geef een reactie