Uit gesloten raadsinformatiesystemen open informatie genereren, zodanig dat het voor iedereen te gebruiken is. Dat is de uitdaging die vijf gemeenten, samen met onder meer het ministerie van Binnenlandse Zaken en VNG-KING, aangaan
Raadsinformatiesystemen (RIS) zitten vol met data. Elke gemeente richt haar RIS naar eigen inzicht in. Qua inhoud, vorm en toegankelijkheid. Dat maakt het lastig om data te vergelijken, onder meer voor onderzoek. Nog los van het feit dat veel data uit de afzonderlijke raadsinformatiesystemen sowieso niet bruikbaar is. Bijvoorbeeld doordat het is aangemaakt in formaten waar externe gebruikers niks mee kunnen. Onwenselijk, want data worden pas informatie als je het daadwerkelijk kunt gebruiken.
“Informatie is belangrijk omdat het de verbinding is tussen de binnenwereld (de raad) en de buitenwereld: inwoners, journalisten en onderzoekers. Pas als al die partijen toegang hebben tot dezelfde informatie, is er sprake van fair play. Dat is de basis onder de democratie.” Pascale Georgopoulou, raadsgriffier van Amstelveen, is daarom blij dat haar gemeente, samen met Den Helder, Heerde, Oude IJsselstreek en Utrecht meedoet aan de pilots ‘Standaard voor Open Raadsinformatie’ en ‘Toepassing Open Raadsinformatie‘. “Voor mij als griffier is informatievoorziening de kern van mijn werk.”
Informatie-overload
Technologie is de valkuil en de sleutel in de moderne datavoorziening. Georgopoulou: “We zijn allemaal bezig om onze websites te optimaliseren. De digitalisering biedt steeds meer mogelijkheden; tekst, audio, video. En we kunnen dat sneller dan ooit openbaar maken. Maar openbaar is niet hetzelfde als bruikbaar. Al die verschillende formats vormen juist de valkuil. Er worden verschillende applicaties gebruikt, of er zijn technische drempels, of het is niet duidelijk via welke zoektermen informatie te vinden is. Ik wil niet te diep in de techniek duiken, maar iedereen zal herkennen dat het niet zo simpel is om de weg te vinden in de informatie-overload. Probeer er maar eens achter te komen wat jouw partij gestemd heeft. Eerst moet je het verslag zoeken waar het betreffende agendapunt in staat. De stemming staat weer ergens anders. En vervolgens moet je uit die verschillende informatie zelf afleiden hoe er gestemd is. Dat moet eenvoudiger kunnen, met een app bijvoorbeeld.”
Toegangspoort
Open data, dat is de sleutel. Open data wil zeggen dat informatie snel en ‘aan de bron’ beschikbaar is en toegankelijk voor iedereen die daar – legaal – gebruik van wil maken. Zonder technische, financiële of (auteurs) wettelijke drempels. Georgopoulou: “We hebben een tool nodig die de data in de raadsinformatiesystemen (de voorkant) ‘losknipt’ en er aan de achterkant (bijvoorbeeld jouw pc) informatie van maakt die toegankelijk en geschikt is voor hergebruik.”
In een pilot, uitgevoerd met de Open State Foundation, bleek dat een API (application programming interface) de geschiktste toegangspoort is van raadsinformatiesysteem naar gebruiker. In lekentaal: de API vertaalt alle programma’s in de voorkant van het systeem naar een programma dat door iedereen aan de achterkant te gebruiken is. Ingewikkeld, maar een eerste resultaat is er: het platform zoek.openraadsinformatie.nl.
Twee sporen
“De inzet van een API is een belangrijk mijlpaal. Maar daarmee zijn we er nog niet”, aldus Georgopoulou. Voor het vervolg zijn twee sporen uitgezet. Een ‘denk-spoor’ en een ‘doe-spoor’. Het denk-spoor gaat over hoe je aan de voorkant de data erin stopt. Georgopoulou: “Er moet eenheid zijn in al die verschillende raadsinformatiesystemen, want ook de slimste API kan niet alle appels en peren verwerken tot bruikbare output. In de ideale situatie richt elke gemeente haar RIS op een vergelijkbare manier in. Via het project Standaard voor Open Raadsinformatie, te vinden op de Pilotstarter, willen we standaarden ontwikkelen. Er moeten afspraken komen over vaste basissets aan raadsinformatie, over de metadatering en over publicatiestandaarden.”
Het doe-spoor is gericht op het ontwikkelen van concrete toepassingen die aan alle gemeenten beschikbaar gesteld kunnen worden. “Bijvoorbeeld zo’n app waarmee je stemuitslagen aan raadsleden kunt koppelen. Gemeenten kunnen via de pilot Toepassingen Open Raadsinformatie meedoen. Het gaat erom zoveel mogelijk toepassingen te verzamelen, waarmee we praktische ervaring kunnen opdoen. We weten dat er in verschillende gemeenten al projecten lopen, maar die zijn lang niet altijd bekend bij de projectgroep. Projecten die wel via het collectieve doe-spoor worden ontwikkeld, krijgen daarvoor ondersteuning vanuit de Digitale Agenda 2020.”
Uitproberen en bijsturen
De Amstelveense raadsgriffier herhaalt dat er nog een lange weg te gaan is. “Uitgangspunt is: het kan. Hoe we er uiteindelijk komen is een kwestie van onderweg uitproberen en bijsturen. Want natuurlijk zullen we nog tegen allerlei issues aanlopen. Hoe zit het met veiligheid – je wilt niet dat anderen gegevens kunnen muteren -, en met de privacy van raadsleden, of met archiveren. Het zijn maar een paar van de subvragen waar we een antwoorden op moeten vinden.”
Dit traject is een cocreatie met de markt, met VNG-KING, Open State Foundation, KOOP (Kennis- en exploitatiecentrum Officiële Overheidspublicaties), het Nationaal Archief, het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de deelnemende gemeenten. “Maar ik hoop dat we onderweg zoveel mogelijk gemeenten kunnen prikkelen om mee te gaan”, zo zegt Georgopoulou. “Open Raadsinformatie staat in het ambitieuze actieplan Open Overheid. Persoonlijk geloof ik dat zo’n open standaard niet beperkt moet blijven tot raadsinformatie, maar uiteindelijk voor alle publieke informatie moet gelden. Pas dan ben je in die situatie van fair play.”
In het kader van de Digitale Agenda 2020 is dit artikel onderdeel van een serie waarin gemeenten vertellen over hoe zij denken over, en samen met andere gemeenten aan de slag gaan met, innoveren in dienstverlening en informatievoorziening.
Geef een reactie