Het vaccin tegen het coronavirus kan voor het kabinet Rutte niet snel genoeg komen. De afgelopen maanden stond zij bij vragen vaak met een mond vol tanden en kon alleen maar wijzen naar de komst van het vaccin. Ondertussen werd steeds meer zichtbaar dat dit kabinet totaal geen grip heeft op de situatie. Het had altijd al de handen vol aan het hier en nu, door de coronapandemie wordt deze onmacht nog eens extra uitvergroot.
Daarnaast is pro-activiteit niet haar sterkste kant. Kijk bijvoorbeeld naar de aanpak bij het aanschaffen van mondkapjes, het massale testen of het bron- en contactonderzoek. Ze lopen steeds achter de feiten aan. Dus wekt het allang geen verbazing dat het vaccin er bijna is, maar de organisatie om grootschalig te gaan inenten nog niet rond is. Zo is het IT-systeem niet klaar, is er een tekort aan personeel en moeten nog locaties worden gezocht.
Eenzaamheid
Natuurlijk valt de organisatie van het vaccinatieprogramma in de eerste plaats onder de regering, maar gemeenten hebben er wel last van als dit niet goed wordt gedaan en zijn er bij gebaat dat zoveel mogelijk inwoners zich laten vaccineren. Ook omdat het kabinet onze toekomst in handen legt van wetenschappers en dan wordt, zeker als de druk zoals in een pandemie hoog is, de menselijke maat nog wel eens vergeten. Zo spreekt het kabinet steeds over maatregelen maar nauwelijks over perspectief. Daarom sluipt angst binnen, ontstaat ‘mentale moeheid’ en leidt dit tot eenzaamheid.
Vinger aan de pols
Alle reden voor gemeenten om de vinger aan de pols te houden. Het gaat immers wel over haar inwoners. Dus gemeente, wees wél pro-actief en stroop de mouwen op. Ga bij vaccinatie uit van een ‘normale verdeling’: 10 procent van de inwoners staat te dringen voor een prik, 10 procent moet er niets van hebben en van 80 procent is de mening nog te beïnvloeden. Deze laatste groep is ook weer onder te verdelen in: 20 procent die neigt naar wel vaccineren, 20 procent die juist neigt naar niet vaccineren en 40 procent die het nog niet echt weet en waarvan de mening nog zeer te beïnvloeden is.
Ambassadeurs
Ga vervolgens aan de hand van de beïnvloedingstheorie van Cialdini aan de slag. Zoek uit die 10 procent welwillenden een paar ambassadeurs. Dat kunnen bekende stadsbewoners zijn maar ook inwoners die een specifieke rol spelen in de buurt. Zij zijn de rolmodellen die de volgende 20 procent door middel van sociale bewijskracht inspireren om zich ook te laten vaccineren. Laat reeds gevaccineerde inwoners dit kenbaar maken aan hun omgeving door bijvoorbeeld een kaartje met de slogan ‘doe je ook mee?’ mee te geven. Dit kaartje kan met een persoonlijke noot erbij aan anderen worden gegeven. Publiceer daarnaast regelmatig het aantal inwoners dat zich heeft laten vaccineren onder het kopje ‘zoveel mensen gingen u al voor’.
Voorlichting
De volgende 40 procent heeft oprecht vragen. Zij zullen door voorlichting en door familie, vrienden en buren hun mening vormen. Bij deze groep heeft geduldig informeren dus zin. Dit kan zowel via de gemeente als via hun omgeving. Voorzie die omgeving dus ook van informatie. Communiceer open en transparant, ook over de onzekerheden van het vaccin. Benadruk de urgentie door beelden uit een naburig ziekenhuis te publiceren en vlogs van verpleegkundigen een podium te geven.
Het goede voorbeeld
Geef als gemeentebestuur zelf het goede voorbeeld en laat je vaccineren. Ook de gemeenteraad en zoveel mogelijk ambtenaren doen natuurlijk mee. We zitten midden in een van de grootste crises ooit. Het is dan ook een relevante opgave om er voor te zorgen dat zo veel mogelijk mensen zich laten vaccineren. Ook voor een gemeente die hier in directe zin eigenlijk helemaal niet over gaat.
Eric Leltz schreef het boek ‘Organisaties in transitie’, verzorgt lezingen over de transitie en geluk, en was 8 jaar fractievoorzitter voor GroenLinks in Ede.
Geef een reactie