Tijdens de coronaperiode is meer legionella in drinkwater gevonden. Gebouweigenaren zijn minder scherp op het beheersen van de bacterie in hun leidingen. Ook gemeenten voeren minder controles en onderhoud uit. Het risico neemt toe naarmate gebouwen minder intensief in gebruik zijn.
Gemiddeld wordt in drinkwatermonsters 11 procent vaker de legionellabacterië aangetroffen. Dat blijkt uit onderzoek van 20.000 watermonsters door de expertgroep legionella van brancheorganisatie Envacqua. Een derde van de monsters bleek de ziekteverwekkende variant Legionella Pneumophila te bevatten. Bovendien zijn de gevonden concentraties hoger dan voorheen. Volgens de onderzoekers hebben sommige eigenaren van gebouwen tijdens de coronapandemie minder aandacht voor legionellabeheersing. Door gemeenten wordt veel minder strikt op legionellapreventie gehandhaafd. Met name in juli was er een piek in het aantal besmette monsters.
Lockdown
In de eerste weken van de lockdown werden veel gebouwen gesloten of veel minder intensief gebruikt, wat eveneens impact had op de kwaliteit van het leidingwater. Dat was de reden waarom er weinig of geen aandacht meer was voor legionellapreventie. In ziekenhuizen en zorginstellingen werden geen bedrijven toegelaten om spoel- en temperatuurwerkzaamheden uit te voeren. Ook veel gemeenten hebben tijdens de lockdown de inspectie van waterinstallaties in onder meer sporthallen en zwembaden stilgelegd.
De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) wees daarom al in april op de risico’s in leegstaande gebouwen. Net als expert op het gebied van legionella Egbert Leiting. ‘Spoel niet of weinig gebruikte punten in bijvoorbeeld gemeentehuis, scholen en sporthallen wekelijks door,’ was een van zijn belangrijkste adviezen aan gemeenten.
Gevaar niet geweken
Nederlands grootste uitbraak van legionella was alweer in 1999. Ruim 200 bezoekers van de West-Friese Flora in het Noord-Hollandse Bovenkarspel werden via verneveld water uit een bubbelbad besmet, van wie er 32 overleden. Twintig jaar later is het gevaar nog altijd niet geweken. Het aantal patiënten met door legionella veroorzaakte ernstige longontsteking neemt in Nederland toe. In 2013 kreeg het RIVM zo’n 300 meldingen en in 2018 waren dat er ruim 600.
Nieuwe bronnen
Ook komen er nieuw ontdekte legionellabronnen bij. Vorig jaar werd een aantal mensen ziek door een legionella-infectie die terug werd geleid naar twee afvalwaterzuiveringen in Noord-Brabant. Koeltorens zijn eveneens in beeld als een grote legionella-bron. Bij een legionella-uitbraak in 2006 in de omgeving van station Amsterdam Centraal, waarbij twee hoogbejaarde patiënten overleden, liep het spoor terug naar de koeltoren van het nabijgelegen gebouw van Post CS. De Koeltoren bleek ruim een maand zonder chemicaliën in bedrijf te zijn geweest. Ook was er geen beheersplan voor het koelsysteem opgesteld, wat de uitbraak had kunnen voorkomen.
Koeltorens
In ons land geldt nauwelijks regelgeving voor koeltorens in gebouwen. Sinds de stille ramp in Bovenkarspel ligt de focus op leidingwaterinstallaties in de ‘prioritaire instellingen’ uit het Drinkwaterbesluit, zoals ziekenhuizen, hotels en campings, die een stevig regime met risicoanalyses, beheersplannen en monsternames kennen. Dergelijke regelgeving geldt niet voor koeltorens.
Frankrijk en Duitsland hebben strenge wetgeving ingevoerd voor gebouwgebonden koelsystemen. Beide landen laten daardoor een stabiel getal zien als het gaat om het jaarlijkse aantal legionella-besmettingen. Elke gemeente in Nederland is al wel verplicht koeltorens te inventariseren en te registreren. Eigenaren van koeltorens die sinds 2010 zijn geplaatst, hebben een meldingsplicht. Alle bekende koeltorenlocaties staan op de Koeltorenkaart van de Atlas Leefomgeving.
Geef een reactie