De afvalstoffenheffing stijgt volgend jaar met gemiddeld 4,4 procent. De kosten van een parkeervergunning stijgen in 2019 gemiddeld met 2,4 procent. Maar uiteraard zijn er gemeenten die een stuk meer of minder kosten rekenen.
Dat blijkt uit steekproeven van Vereniging Eigen Huis (VEH). Uit de steekproef naar gemeentelijke lasten onder 111 gemeenten bleek ook dat de ozb in 2019 met gemiddeld 2,2 procent omhoog gaat. Na jaren van licht dalende tarieven gaan huishoudens voor het eerst in tien jaar meer betalen voor het ophalen en verwerken van huisvuil, concludeert VEH. Belangrijkste oorzaak voor de lastenverzwaring is de hogere rijksbelasting die gemeenten vanaf 2019 betalen voor het storten en verbranden van afval. De prijsverhoging van 13 naar 31 euro per ton afval wordt door veel gemeenten via de afvalstoffenheffing doorberekend aan huishoudens, die volgend jaar gemiddeld 257 euro betalen. In 2018 was dat 246 euro.
Verschillen gemeenten
Tussen gemeenten onderling zijn er grote verschillen. Zo is de rekening in Enkhuizen met 418 euro twaalf keer zo hoog als in Nijmegen. Oosterhout verhoogt de afvalstoffenheffing met 31 procent van 252 naar 329 euro. Volgens deze gemeente kon een lastenverhoging tot nu toe worden voorkomen door eigen financiële reserves aan te spreken, maar volgend jaar niet meer. De lasten stijgen ook sterk in Oldebroek, met 21 procent, en in Simpelveld met 19 procent. In totaal verhoogt 15 procent van de gemeenten uit de steekproef de afvalstoffenheffing met meer dan 10 procent. In zeven van de onderzochte gemeenten daalt de heffing volgend jaar, in Gouda (-17 procent) en Aalten (-12 procent) het meest.
Parkeervergunning
Voor de steekproef naar parkeervergunningen werd in 53 gemeenten waar inwoners betalen voor die vergunning de kosten onderzocht. Gemiddeld kost een parkeervergunning in 2019 iets meer dan 95 euro. In de meeste gemeenten in de steekproef stijgen de kosten volgend jaar met 2,4 procent. Opvallende uitzondering is Hilversum. De gemeente halveert de prijs van een parkeervergunning van 150 naar 75 euro en komt daarmee de belofte na die in het coalitieakkoord werd gedaan.
De inwoners van drie grote steden betalen volgend jaar fors meer voor een parkeervergunning. In Utrecht kost een parkeervergunning volgend jaar 342 euro, een prijsstijging van 66 euro. In Rotterdam betalen inwoners 115 euro voor een vergunning, dat is 48 euro meer dan in 2018. Den Haag is, ondanks een verhoging van 23 euro, met 60 euro nog steeds de goedkoopste van de vier grote steden. Amsterdam verhoogt de tarieven niet, maar blijft met 535 euro per jaar in het centrum de duurste als het gaat om parkeervergunningen.
Geef een reactie