Regie is modern, aantrekkelijk en vooruitstrevend. Bovendien lijkt regie goedkoop en flexibel. Het is de trend van dit moment: regisseren vervangt besturen en managen. Projectmanagers worden procesregisseurs. Natuurlijk verloopt deze verandering niet zonder horten of stoten. Een regiegemeente worden, hoe doe je dat eigenlijk?
Type ‘regiegemeente’ in op Google en je vindt de volgende koppen: ‘Regiegemeente worden is een onderschat vraagstuk’, ‘Het samenspel tussen regiegemeente en de uitvoerende samenwerkingspartners blijkt lastig’, ‘De regiegemeente is geknipt voor het nieuwe werken’ en ‘Inhuren van expertise loont voor de regiegemeente’. Managers kunnen leergangen volgen en adviesbureaus bieden hun diensten aan.
Ik hoor veel ambtenaren praten over regie, maar als ik vraag wat ze daarmee bedoelen, dan krijg ik vage antwoorden. Voordat we het in de gaten hebben is alles regie en verdwijnt de waarde ervan achter kretologie en opportunisme.
De eerste kennismaking
Een congres over de modernisering van de Jeugdzorg in 2011 was mijn kennismaking met regie. Vrijwel elke lezing ging over de vraag: wie heeft de regie? Er werden veel woorden gebruikt, maar helemaal duidelijk werd het mij niet. Het ging over uitbesteden, samenwerken en invloed houden.
Toen ik meer wilde weten, ontdekte ik de nota De gemeente als regisseur waarin het ministerie van Binnenlandse Zaken schrijft: ‘Een bijzondere vorm van sturen die is gericht op de afstemming van actoren, hun doelen en handelingen tot een min of meer samenhangend geheel, met het oog op een bepaald resultaat.’
Dergelijke beschrijvingen roepen bij mij – als organisatiekundige – nieuwe vragen op. Waarom kiezen gemeenten op grote schaal voor ‘een bijzondere vorm van sturing en afstemming’? Hoe zit het dan met de verantwoordelijkheid van het college en de gemeenteraad? Is het een revival van de polder op lokaal niveau? Met veel afstemmen, betrekken, coördineren, versnellen, verbinden en overdragen?
Waarom regisseren?
Laten we een andere invalshoek kiezen. Voor welke vraagstukken is regie een oplossing? In gesprekken en notities over de (regie)rol van de gemeente komen vijf samenhangende uitdagingen naar voren:
- Er is minder budget beschikbaar voor meer gemeentelijke taken.
- Andere organisaties kunnen deze taken beter uitvoeren (markt, samenwerkingsverbanden, regio’s, etc.).
- De samenleving accepteert de klassieke (bepalende) rol van de gemeente minder (legitimiteitsvraagstuk). Kennis over complexe, meervoudig vraagstukken is dankzij internet breed beschikbaar.
- Geëmancipeerde burgers slaan de handen ineen (participatie, nabuurschap).
Deze uitdagingen raken gemeenten in het hart en vragen een passende reactie.
Onlangs maakte Sybrand Buma van het CDA bekend dat ook hij de “samenleving meer ruimte wil geven en de democratie versterken” (Volkskrant, 1 februari 2013). De wethouder die onvoldoende luistert naar maatschappelijk sentiment noemen we tegenwoordig regent, de wethouder die te veel luistert is een populist. Is regie de derde weg?
Participatie, schaalvergroting en samenwerking
Wellicht, maar helaas is regie ook een koepelbegrip voor veel veranderingen. De praktijk toont verschillende oplossingen voor verschillende vraagstukken. Ik doe een poging tot ordening. De lokale overheid kent vier kernprocessen: beleidsvoorbereiding, beleidsbepaling, beleidsuitvoering en beleidsevaluatie. Onder het motto ‘meer regie’ stellen gemeenten (al dan niet in samenhang) de uitvoering van deze processen ter discussie. De voorbeelden liggen voor het oprapen:
- Burgerparticipatie ten behoeve van beleidsvoorbereiding (dialoogtafels, procesmanagement en talrijke vormen van co-creatie). Participatie is in mijn ogen geen regie. Het is volwaardige inspraak, waarbij de gemeente uiteindelijk bepaalt.
- Optimalisatie van de uitvoering door uitbesteding aan de markt, schaalvergroting (SSC) en versterking van het opdrachtgeverschap. Dit gebeurt op grote schaal. Uitbesteding is ook geen regie! Uitbesteding is opdrachtgeverschap voor goed gedefinieerde taken en resultaten.
- Samenwerking met maatschappelijke partners op basis van belangen (kennis, invloed, budget, synergie).
Participatie, schaalvergroting en uitbesteding zijn oplossingen die met wisselend succes al jarenlang worden toegepast. Het begrip ‘regie’ past naar mijn mening vooral bij het derde voorbeeld: tijdelijke en doelgerichte vormen van publiek-publieke en publiek-private samenwerking ten behoeve van beleidsvoorbereiding, -uitvoering en/of -evaluatie. Denk aan de gemeente die met een winkeliersvereniging, school, sportvereniging en de politie de handen ineenslaat om overlast van jongeren te beperkten. Is de regiegemeente een doelgerichte, samenwerkende gemeente?
Regisseren is loslaten
Samenwerken is knap lastig. Bij elke vorm van samenwerking spelen drie thema’s: overeenstemming over het doel van de samenwerking, een acceptabele verdeling van macht en inbreng en een evenwichtige verdeling van de opbrengst. Zijn de partijen (min of meer) gelijkwaardig of is er sprake van dominantie? Heeft de gemeente een inhoudelijk belang of richt de gemeente zich vooral op de kwaliteit van het proces? Gunnen partijen elkaar het voordeel van de samenwerking?
Veel bestuurlijke notities over de regiegemeente benadrukken de rol van de gemeenteraad. De raad stelt de kaders van het beleid, de relevante uitgangspunten en randvoorwaarden, subsidieregels, rapportagevormen, et cetera. En wethouders worden nog steeds beoordeeld op hun daadkracht, op hun vermogen om zelfbedachte SMART-doelen te realiseren.
De lokale verkiezingsprogramma’s staan nog steeds vol grootse ambities en beloften. Moeten maatschappelijke partners dan blij zijn dat ze met de gemeente mogen samenwerken?
Samenwerken impliceert loslaten. Ruimte geven aan ambtenaren in een samenwerkingsverband, de grenzen laten opzoeken, bewust experimenteren en meer handelen in de geest van… Ruimte geven aan regie begint bij de ambtelijke en bestuurlijke top van organisaties. Hoe vaag de begrippen zijn, het vraagt dienstbaarheid en bescheidenheid.
Geven in plaats van vragen
Regie vraagt een open houding, respect, inlevingsvermogen, aandachtig luisteren, kunnen verbinden, het uitstellen van meningen en opvattingen, gunnen en geven. Regisseren is meer dan een nieuwe structuur of een instrument. Het is niet vreemd dat regie lastig.
Wilt u regiegemeente worden? Kunt u volmondig ja antwoorden op de volgende vragen? Weet u waar uw partners behoefte aan hebben? Heeft u hen concrete voordelen te bieden? Durft u uw ambtenaren ruimte te geven? Zijn uw ambtenaren ondernemend? Heeft u vertrouwen in de esprit de corps? Bent u dienstbaar? Kunt u leven met vage doelen? Vindt u de kwaliteit van het proces echt belangrijker dan de inhoudelijke uitkomst? Want dat is nodig voor regie.
DC Passchier says
Gemeentelijke regie bestaat als thema al veel langer. Ik kreeg daarmee te maken bij de decentralisatie van de onderhuisvesting medio jaren negentig van de vorige eeuw; als docent vanuit de Bestuursacademie. Toen al was duidelijk dat er meerdere vormen van regie bestaan; als metafoor variërend van de dirigent van een symfonie-orkest tot de ‘leider’ van een jazz-orkest.
Regie suggereert naast betrokkenheid ook vooral invloed op de uitkomst. En bij dat laatste is de laatste jaren veel veranderd. De overheid maakt deel uit van een netwerksamenleving (noem het participatiesamenleving), en staat lang niet meer in het middelpunt. Daar is een heel groot grijs gebied voor in de plaats gekomen.
Dat pleit ervoor om de rol van de gemeente te omschrijven als die van een makelaar en een facilitator: je maakt mogelijk dat anderen de dingen doen die jij belangrijk vindt en waar jij belang bij hebt. Kijk naar de transities binnen het sociale domein en je ziet een heel ander speelveld dan, pak ‘m beet, 5-10 jaar geleden.
Bij de Stichting De regisserende gemeente weten ze hier meer van.