Gemeenten moeten gezamenlijk aan de slag om hun informatievoorziening te optimaliseren, versnellen en innoveren.
– COLUMN –
In het jaar 1848 werd door koning Willem II een grondwetcommissie ingesteld onder leiding van Johan Rudolph Thorbecke. Deze commissie had de opdracht een nieuwe grondwet te ontwerpen. Deze grondwet geldt nog steeds als basis voor ons huidige bestuurlijke stelsel, met onder meer het onderscheid in Rijk, provincies, waterschappen en gemeenten (het ‘Huis van Thorbecke’).
Mogelijkheden
Inmiddels zijn we ruim anderhalve eeuw verder. We leven in een tijdperk waarin informatie in grote hoeveelheden beschikbaar is. ICT is niet meer weg te denken uit ons dagelijks leven. Gemeenten zien, als informatieverwerkende organisaties, de mogelijkheden van ICT en nieuwe technologieën. Toch hebben de gemeenten (en andere overheden) hun informatievoorziening nog altijd ingericht naar de tijd van Thorbecke. De bestaande informatievoorziening is georganiseerd vanuit het principe dat de gemeente uniek is in zijn procesvoering, en gebaseerd is op autonome keuzes voor systemen. De informatievoorziening zit vast op technologie en functionaliteit, terwijl het samenwerking moet faciliteren.
De uitvoering van taken wordt meer en meer vanuit netwerken georganiseerd en geregisseerd. Gegevens van (partner)organisaties worden ten behoeve van integrale dienstverlening in de keten beschikbaar gesteld en uitgewisseld. Gemeenten faciliteren in een open en transparante verhouding met de samenleving zelfredzaamheid en zelforganisatie, waarbij burgers en ondernemers zelf meer verantwoordelijkheid gaan dragen.
Aanpassingen
De grote uitdagingen waar gemeenten de komende jaren voor staan, vragen aanpassingen in de huidige informatievoorziening en nog meer samenwerking en standaardisatie in diverse ketens. Door de decentralisaties in het sociaal domein worden gemeenten verantwoordelijk voor vrijwel de volledige ondersteuning aan kwetsbare burgers. Een gezamenlijke aanpak met diverse partners en medeoverheden in het sociaal domein is nodig. In het kader van i-NUP moeten gemeenten in 2015 de ‘basis op orde’ hebben als het gaat om de elektronische overheid. Samenwerking aan het Stelsel van het Basisregistraties, en het gebruik van generieke voorzieningen, staan hierbij centraal.
Sinds 1 januari van dit jaar werken gemeenten eveneens samen in Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD’s) in het kader van milieuwet- en regelgeving. Daarnaast zijn nog diverse andere uitdagingen te benoemen waarbij het verbeteren van de informatie-uitwisseling en informatievoorziening als cruciaal kan worden aangemerkt. Denk hierbij aan het recht op elektronisch zaken doen met de overheid, cloud computing en het voorkomen van overheidsbrede beveiligingsincidenten.
Gezamenlijk
Alles overwegende zal de nieuwe gemeente zich moeten organiseren op principes van gedeelde verantwoordelijkheid, samenwerking in variërende netwerken, gezamenlijke standaarden voor processen en gegevens(definities) en ondersteunende gedeelde voorzieningen. De complexiteit moet omlaag en keuzevrijheid is belangrijk als het tot minder complexe voorzieningen leidt. Dit betekent dat gemeenten gezamenlijk aan de slag moeten om hun informatievoorziening te optimaliseren (basisgemeente) en te versnellen en innoveren, op basis van de uitdagingen waar zij voor staan.
Blijf dus als gemeentelijk domein niet in een eigen koker of verantwoordelijkheid denken. Pak het nieuwe jaar aan om een eerste randvoorwaardelijke stap te zetten op weg naar gedeelde voorzieningen. Maak als gemeente de verschillen in informatievoorzieningen en applicatielandschappen inzichtelijk, schoon ze op en ruim ze op! Voorkom dat de gemeentelijke informatievoorziening over enkele jaren nog stamt uit de tijd van Thorbecke, want zoals de CIO’s van de grote steden al eerder hebben aangegeven: ‘Thorbecke had weinig verstand van ICT’.
Over de Auteur: Bart Geerdink is teamcoördinator E-Diensten bij het Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten (KING).
Geef een reactie