De overheid wil in samenwerking met gemeenten toe naar 75 procent gerecycled huishoudelijk afval. Het programma ‘Van Afval Naar Grondstof’ fungeert hierbij als leidraad. Maar of voorscheiding van afval nu de beste weg is?
Veel van wat Donald Trump als president van de VS zegt wordt als achterhaald bestempeld. Denk aan een muur met Mexico of het generiek aan de grens weigeren van inwoners uit bepaalde Arabische landen. De tweets van Trump zijn echter vaak niet eens zoveel anders dan het volharden in retoriek vanuit de milieuhoek.
Kijk eens naar Trumps’ houding ten aanzien van het klimaatakkoord van Parijs. Ondernemers in en buiten de VS trekken zich er maar weinig van aan. Zij zien al veel langer dat er geen weg terug is. En dat economie en milieu allesbehalve elkaars tegenpolen zijn. Aan duurzaamheid kan zelfs veel geld verdiend worden. Maar waar Trump ontkent dat er überhaupt een klimaatprobleem is, lijken milieubeweging en daaraan gelieerde politieke partijen niet te willen horen van voor de hand liggende oplossingen.
Voorscheiding van afval
Met het programma Van Afval Naar Grondstof (VANG) wil de rijksoverheid in samenwerking met gemeenten in 2020 naar 75 procent gerecycled huishoudelijk afval. Menig gemeente is inmiddels gezwicht voor het daarop gebaseerde beleid van hun afvalverwerker. Het resultaat is meer rolcontainers voor ‘grondstoffen’ in de tuin bij laagbouw, meer ondergrondse containers bij hoogbouw en op een loopafstand van soms honderden meters ondergrondse containers voor restafval.
De voorscheiding van huishoudelijk afval heeft de afgelopen jaren prima gewerkt rond gft, papier en glas. De meeste mensen doen zelfs nog braaf mee met de inzameling van batterijen, ook al is daar al lang geen milieuhygiënische reden meer voor. Niks mis dus met het milieubewustzijn van de meeste inwoners. Gemeenten waar het programma VANG nu ten volle wordt uitgerold blijken echter niet in de buurt te komen van de beoogde 75 procent recycling. Dit feit, naast het ongemak van weer een ontsierende bak voor plastic afval in de tuin en het moeten zeulen met vuilniszakken voor restafval geeft bij menig inwoner veel onbegrip.
Nascheiding is de weg
Volgens een onderzoek van Raymond Gradus en Elbert Dijkgraaf (Tinbergen Institute Discussion Paper, TI 2016-103/VI) kan met voorscheiding echter maar maximaal 75 procent worden gerecycled. En dat is heel wat minder dan wat er na 2020 wordt gevraagd. Met nascheiding daarentegen, waarbij de herbruikbare grondstoffen achteraf uit het restafval worden gehaald, wordt maar liefst 100 procent opbrengst gehaald!
Vooral dat laatste zou menigeen toch als muziek in de oren moeten klinken. Niets blijkt minder waar! De afvalverwerker die al veel tijd en kosten heeft gestopt in een VANG-project wil daar niet zomaar mee stoppen. Die weet zich daarin niet zelden ondersteund door de retoriek van ‘wij moeten de burger opvoeden’ vanuit de milieubeweging en politieke partijen met een zelfgekozen milieusignatuur. Zij zien nascheiding als een stap terug in plaats van vooruit. Hun argumenten: het zou alleen werken in gemeenten met vooral hoogbouw en bovendien de burger te weinig opvoeden. Dat is niet alleen onjuist, maar ook ronduit betuttelend.
Milieuhygiënisch verantwoord
Nascheiding heeft namelijk de toekomst. Zoveel is wel duidelijk. Tenminste als je er objectief in staat. Het VARA-programma GroenLicht heeft er eind november 2016 zelfs een special aan gewijd en komt tot de conclusie dat de meerdere voordelen van nascheiden niet te ontkennen zijn. Het Friese Omrin heeft al jarenlang ervaring met nascheiding naast voorscheiding. Hun slogan: ‘voorscheiding waar het moet (gft, papier, glas), nascheiding waar het kan (plastic)’. En een tiental Noord-Hollandse gemeenten met gevarieerde hoog- en laagbouw heeft eind 2016 nog ingestemd met de bouw van een nascheidingsinstallatie voor huishoudelijk afval (AEB).
Een keuze voor nascheiding van vooral plastic uit restafval –in aanvulling op de huidige praktijk van voorscheiding van onder andere gft, papier en glas– is niet alleen milieuhygiënisch verantwoord. Het zorgt er tevens voor dat internationaal afgesproken duurzaamheidsdoelstellingen ook echt worden gehaald. En tegen veel lagere kosten dan te blijven doorgaan op de weg van voorscheiding alleen. Ieder ander geluid is achterhaald.
Arno Janssen, raadslid gemeente Papendrecht en Drechtsteden
Geef een reactie